1534: Act of Supremacy. Hendrik VIII wordt door het Engelse parlement aangesteld als het hoofd van de Kerk in Engeland. Oud-kanselier Thomas More wordt opgesloten in de Tower.
Door de Sint-Felixvloed (1530) en de Allerheiligenvloed (1532) worden de gewesten aan de Noordzee- en de Waddenkust zwaar getroffen. Delen van Noord- en Zuid-Beveland blijven de rest van de eeuw onder water staan.
1534: Het eerste openbare pandhuis waar gratis wordt geleend in de Nederlanden, de 'Leenbeurze' in Ieper, wordt opgericht.
1537: De stad Gent weigert een bede van de landvoogdes Maria van Hongarije ter ondersteuning van de oorlogen van keizer Karel V tegen Frankrijk en scheurt het Calfvel publiekelijk. Deze Gentse Opstand wordt door de keizer neergeslagen in 1540. De leiders ervan moeten in boetekleed en met een strop om de hals vergiffenis vragen. Gent wordt aan een nieuw statuut onderworpen, de zogenaamde Concessio Carolina. De Klokke Roeland, zinnebeeld van de Gentse zelfstandigheid, wordt weggehaald uit het belfort en een nieuwe burcht, het Spanjaardenkasteel, zal er voortaan over waken, dat de Gentenaren zich gedragen.
1533: Verdrag van Constantinopel. Daarin staat vermeld dat Ferdinand van Oostenrijk een jaarlijkse schatting van 30 000 gulden moet betalen. Hij krijgt een klein deel van Westelijk Hongarije en Johan Zápolya wordt vorst van Oost-Hongarije en vazal van het Ottomaanse Rijk.
Gedurende de Spaanse kolonisatie van Midden-Amerika organiseren de Lemca vanuit het huidige El Salvador een verzetsstrijd die gedurende tien jaar aanhoudt. Deze oorlog eindigt met de dood van de Lenca-leider Lempira.
1534: De Breton Jacques Cartier ontdekt Canada. Deze ontdekking brengt veel voorspoed voor zijn woonplaats Saint-Malo, dat een bloeiende handel in beverpelzen ziet ontstaan.