medisch advies Van Wikipedia, de vrije encyclopedie
Medische informatiekunde (MI) is een interdisciplinair wetenschappelijk vakgebied dat zich bezighoudt met effectief gebruik van biomedische data, informatie en kennis ten behoeve van wetenschappelijk onderzoek, het oplossen van problemen en het nemen van beslissingen, met als doel het bevorderen van de gezondheidszorg.[1] Het vakgebied ontstond uit de noodzaak om vragen omtrent informatieverwerking in de geneeskunde zo aan te pakken dat ze met informatiekundige methoden beantwoord kunnen worden.
Het interdisciplinaire karakter van medische informatiekunde komt tot uiting in het toepassen van theorieën en methoden uit meerdere gerelateerde domeinen, waaronder computerwetenschappen (hard- en software), bio-engineering, epidemiologie en statistiek, biomedische wetenschappen, klinische wetenschappen, managementwetenschappen en cognitieve beslissingswetenschappen.[2] Als gevolg daarvan kent medische informatiekunde een scala aan studiedomeinen.
Geneeskunde is een kennisintensief veld. Klinische data en observaties van de patiënt, en metadata over deze observaties[1] staan centraal binnen de medische informatiekunde. Aktuele onderzoeksvraagstukken in dit domein hebben betrekking op de beste manier waarop medische data gestructureerd, verzameld en (her)gebruikt kunnen worden.[1] Ook het creëren van mogelijkheden voor het direct zoeken en vinden van actueel medisch bewijs is een belangrijk topic binnen de medische informatiekunde.[1] Het vergaren van medisch relevante informatie wordt onder meer ondersteund door het inrichten van digitale bibliotheken.
De aard van klinische data en klinische beslissingen is dat ze vaak onzeker zijn. Symptomen, bijvoorbeeld reacties op behandeling, zijn regelmatig atypisch en niet goed te voorspellen. Daarom is redeneren met onzekerheid en probabilistisch redeneren een belangrijk studiedomein binnen de medische informatiekunde.[1]
Cognitieve wetenschap wordt door medisch informatiekundigen gebruikt om op een zinvolle manier het ontwerp, de ontwikkeling en de beoordeling van zorginformatiesystemen vorm te geven. Toegepast cognitief onderzoek in de medische informatiekunde richt zich met name op het gebruik van Elektronische Patiënten Dossier-systemen in relatie tot medische fouten en patiëntveiligheid. Dit gebeurt door:
Een voorbeeld is het ‘Human Factors’-onderzoek dat zich richt op verschillende dimensies van cognitieve capaciteit, met inbegrip van geheugen, aandacht en werkdruk. Daarnaast is er de ‘Human Computer Interaction’-analyse, gebaseerd op bepaalde cognitieve theorieën. Zo geeft de cognitieve wetenschap inzicht in de beginselen van gebruikersvriendelijkheid en leerbaarheid van een systeem, de bemiddelende rol van technologie in klinische prestaties, het proces van het medisch oordeel en besluitvorming, de opleiding van beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg en het ontwerp van een veiligere werkplek. Methoden die hiervoor worden gebruikt zijn de ‘Cognitive Walkthrough’, de Cognitieve Taak Analyse en het ‘Think Aloud Protocol’.[1]
Het onderling afstemmen van de toe te passen informatietechnologieën en die vervolgens afstemmen met de organisatiedoelstellingen is een domein, dat van belang is voor zowel ziekenhuismanagement als informatiemanagement.[3]
Een van de praktische toepassingen van de medische informatiekunde is het ontwerpen van software voor de medische praktijk. Deze toepassingen omvatten elektronische patiënten dossiers, patiëntenportalen, richtlijnbrowsers en applicaties voor het uitwisselen van informatie tussen zorgverleners.[1]
In aanvulling op algemene standaarden in de informatietechnologie heeft de medische informatiekunde behoefte aan standaarden die specifiek zijn voor dat vakgebied. De oudste van deze specifieke standaarden hadden betrekking op het uitwisselen van laboratorium- en radiologiegegevens.[1] Er heeft sindsdien veel ontwikkeling plaatsgevonden op het gebied van terminologiestandaarden, een voorbeeld daarvan is SNOMED CT. Standaarden voor het uitwisselen van gegevens uit het elektronisch patiënten dossier zoals HL7 FHIR zijn anno 2017 nog in ontwikkeling.
Computationele taalkunde (computational linguistics), ook wel aangeduid als natuurlijke taalverwerking (natural language processing), is een belangrijk domein dat het mogelijk maakt om de grote hoeveelheid tijd en moeite die het zorgverleners kost om medische gegevens gestructureerd vast te leggen, te reduceren.[1] Natuurlijke taalverwerking kan ook worden toegepast bij het creëren en onderhouden van klinische kennis voor beslissingsondersteuning, zoals in het IBM Watson for Oncology project.[4]
Door de complexiteit van medische informatiesystemen en hun positie binnen eveneens complexe socio-technologische systemen is het belangrijk de informatiesystemen gestructureerd te evalueren. Daarmee neemt de kans toe op succesvolle implementaties die uiteindelijk de gezondheidszorg verbeteren.[1] Evaluatie van zorginformatiesystemen geschiedt door empirisch onderzoek van de verzamelde informatie die relevant is voor het nemen van een beslissing omtrent dat informatiesysteem. Voorbeelden zijn evaluaties van behoeften, usability, ontwerp- en structuurvalidatie, en effecten.
Seamless Wikipedia browsing. On steroids.