Kortrijk is een centrumstad in het zuiden van de Belgische provincie West-Vlaanderen en is de hoofdplaats van het gelijknamige bestuurlijke en gerechtelijke arrondissement. De rivier de Leie stroomt dwars door de historische stad. Kortrijk kreeg er in 2023 ongeveer 1100 inwoners bij en rondt daarmee voor het eerst de kaap van 80.000 inwoners, het is daarmee na Brugge de grootste stad van de provincie West-Vlaanderen. Een inwoner van Kortrijk wordt een Kortrijkzaan/Kortrijkzane of soms Kortrijkenaar genoemd.[1] Kortrijk ligt 25km ten noordoosten van de Franse stad Rijsel, waarmee het een transnationaal Eurodistrict vormt: de Franse-Belgische Eurometropool Rijsel-Kortrijk-Doornik met ongeveer 2.100.000 inwoners.[2]
Kortrijk ontstond uit een Romeinse woonkern op de kruising van de Leie en twee Romeinse heirbanen. In de middeleeuwen groeide Kortrijk onder impuls van een bloeiende vlas- en lakennijverheid uit tot een van de welvarendste steden van Vlaanderen. De stad staat bekend als de "Groeningestad" of "Guldensporenstad" door de Guldensporenslag, die op 11 juli 1302 plaatsvond op de Groeningekouter te Kortrijk. In de stad werd het Verdrag van Kortrijk (1820) ondertekend dat de grens vastlegde tussen Frankrijk en het huidige België.
De stad was in de 19e en 20e eeuw een centrum van de vlasnijverheid. Vandaag is Kortrijk bekend vanwege zijn textielindustrie, als inkoopstad en zijn centrumfunctie op het vlak van tewerkstelling, dienstverlening en onderwijs. De stad heeft naast diverse hogescholen een universiteit.
Waar Kortrijk op 19 april 1962 (Witte Donderdag) de eerste stad in België was die een autovrije winkelstraat opende (de Korte Steenstraat), is op heden een groot deel van de historische binnenstad volledig omgevormd tot verkeersvrij voetgangersgebied. Daarnaast is de volledige historische stadskern in 2019 een officiële fietszone geworden, waar autoverkeer fietsers niet mag inhalen. Hiermee was de stad een van de eerste Europese steden die een dergelijke zone invoerden.
Naamgeving
Samenvatten
Perspectief
De naam Kortrijk gaat terug op de Latijnse naam van de stad Cortoriacum.[3] Deze benaming betekent "nederzetting gelegen aan de bocht van de rivier", wat verwijst naar de Gallo-Romeinse nederzetting of vicus nabij een bocht van de Leie. Deze nederzetting bevond zich hier in de eerste eeuw na Christus en ontstond op het kruispunt van enerzijds twee Romeinse heirbanen (Tongeren-Kassel en Doornik-Oudenburg) en anderzijds langs de oevers van de bevaarbare Leie.
De eerste vermelding waarin Cortoriacum teruggevonden is, dateert uit de laat-Romeinse tijd. In een 4e/5e-eeuws officieel document, de Notitia Dignitatum, wordt een infanterie-eenheid opgesomd: de zogenaamde Cortoriacenses. Zij maakte deel uit van de defensieve organisatie van Noordwest-Gallië en was een deel van de "legiones comitatenses" onder de controle van Magister Peditum.[4]Cortoriacenses.[5][6] betekent hierbij de te Cortoriacum gelegerde troepen. Aldus slaat deze naam op de plaats of de vicus waar het legerkamp was ondergebracht.[7] Cortoriacum evolueerde later naar Cortryck en vanaf de 19e eeuw werd het met de Nederlandse spellingsregels Kortrijk. Opvallend is dat de stad zowat haar hele bestaansgeschiedenis in alle talen met een C en niet met een K werd geschreven (in het Frans heet de stad nu Courtrai).
Uitspraak
De uitspraak Kortrik (voor Cortracum, Courtrai) is klankwettig en vergelijkbaar met Doornik (Tornacum, Tournai). Een inwoner van Kortrijk wordt Kortrijkzaan (van Kortriziaan) genoemd. Dit is een adaptatie van het Franse Courtraisien.[8]
Geschiedenis
Samenvatten
Perspectief
Romeinse tijd
Kortrijk is een van de oudste steden van België. In de eerste eeuw na Christus ontstond Kortrijk als de Gallo-Romeinse vicusCortoriacum. Deze nederzetting lag aan het kruispunt van de heirbaan Boulogne-Tongeren en de heirbaan Doornik-Oudenburg en langs de oevers van de Leie. In 1950 kwamen bij opgravingen Romeinse vondsten aan het licht waaruit deskundigen opmaakten dat de Romeinen Kortrijk gebruikten als uitvalsbasis voor de verovering van Brittannië in 43 na Christus.
Een van de eerste vermeldingen in literatuur was in De "Gesta episcoporum Cameracensium" en is voornamelijk een kroniek van de bisschoppen van het bisdom van Kamerijk, waartoe ook Kortrijk behoorde, in plaats van een gedetailleerde geschiedenis van de stad zelf. Desondanks biedt het werk wel enige informatie over de vroege geschiedenis van Kortrijk en het belang ervan in de regio Vlaanderen tijdens de middeleeuwen.
Volgens de "Gesta episcoporum Cameracensium" was Kortrijk oorspronkelijk een Frankische nederzetting gelegen aan de oevers van de Leie. Het groeide in belang tijdens de middeleeuwen als een centrum van handel en industrie, vooral op het gebied van textiel. De stad kreeg in de 11e eeuw stadsrechten van Boudewijn IV, graaf van Vlaanderen, waardoor het zich onafhankelijk kon besturen en regelmatig markten en beurzen kon organiseren.
Het werk vermeldt ook een aantal historische figuren die met Kortrijk verbonden zijn, zoals Boudewijn van Bergen, die in 1071 vocht in de Slag bij Kassel tegen de Fransen. Kortrijk was ook de locatie van de Guldensporenslag in 1302, waar (onder meer) Vlaamse troepen onder leiding van Willem van Gulik de Jongere en Gwijde van Namen een Frans leger versloegen en grotere autonomie voor de Vlaamse steden veiligstelden. De Kortrijkse pagus of gouw strekte zich begin 8e eeuw uit tussen de Leie en de Schelde. Rond 880 zouden Noormannen in Kortrijk overwinterd hebben. Als gevolg hiervan versterkte Boudewijn II de Kale, graaf van Vlaanderen deze plaats in de 9e eeuw. In de 10e eeuw onder de zwakke graaf Arnulf II begon Boudewijn Baldzo zelfstandig te opereren in de Kortrijkgouw. Hij noemde zich graaf, net als zijn opvolger Eilbodo van Vladslo. Boudewijn IV herstelde het grafelijk gezag door Eilbodo te verjagen en de Kortrijkse Opstand neer te slaan. Omstreeks 1000 verdeelde hij het graafschap Vlaanderen in kasselrijen. Dit waren militaire, bestuurlijke, gerechtelijke en later fiscale districten met een burcht als centrum. Aanvankelijk was Kortrijk afhankelijk van Doornik; vanaf 1071 werd het een onafhankelijke kasselrij.
In deze periode krijgen steden voorrechten. Zo kreeg de stad in april 1190 privileges van Filips van de Elzas via een bewaarde keure: Kortrijk werd uit de kasselrij geheven, kreeg een bestuur en lijfeigenen konden zich als vrije burgers (poorters) vestigen.
Het wapenschild van de stad Kortrijk gaat terug op het familiewapen van de 12e-eeuwse Kortrijkse burggraven en bestaat uit een rode keper op een witte achtergrond.
In de 13e eeuw kreeg Ferrand van Portugal tegenwind van de Vlaamse steden toen de Franse koning Filips August hem tot graaf van Vlaanderen wilde benoemen. Ferrand verschanste zich in Kortrijk waarop troepen uit Gavere en Oudenaarde de stad plunderden. Beide partijen verzoenden zich maar Filips August ging niet akkoord met de regeling. Zijn zoon Lodewijk (die later koning werd als Lodewijk VIII van Frankrijk) viel vanuit Rijsel Kortrijk binnen en liet de stad verwoesten. De graven van Vlaanderen lieten ze later weer opbouwen vanwege haar opbrengsten voor de schatkist.
Kortrijk won in de 13e eeuw aan belang door de lakenindustrie. De kwaliteit die er werd gefabriceerd was lager (kleine draperie) dan die van de grotere Vlaamse steden. In de 15e eeuw kreeg het linnen dat uit het ter plaatse verbouwde vlas werd gemaakt, meer belang dan het laken.
De conflicten tussen de Franse koning en Vlaanderen deden de economie in Kortrijk stagneren. Kortrijk werd door Franse troepen bezet in de aanloop naar de Guldensporenslag. Die veldslag vond plaats op het Groeningeveld op 11 juli 1302. De Fransen bouwden een dwangburcht boven op de grafelijke burcht waarvan de resten nog te zien zijn (zie foto op pagina over de Onze-Lieve-Vrouwekerk).
In 1323 revolteerden de Kortrijkzanen tegen hun graaf, Lodewijk II van Nevers. Die vervreemdde steeds meer van zijn volk als inner van de Franse boetes opgelegd via de Vrede van Athis. De graaf bezette de wijk Overleie. De inwoners namen dit niet en zetten de graaf gevangen. Daarop volgde een nieuwe Franse bezetting. Uiteindelijk mondde die periode uit in de Slag bij Kassel in 1328 waarbij de Vlamingen onder Nicolaas Zannekin werden verslagen.
In 1331 vond in Kortrijk een grote stadsbrand plaats.
Lodewijk II van Male veroverde de stad in mei 1381. Kortrijk was dan weer een bondgenoot van Jacob van Artevelde toen hij het graafschap veroverde. Na de Slag bij Westrozebeke op 27 november 1382 kregen de Bretoense huurlingen Kortrijk als premie waarbij de stad werd geplunderd en verwoest.
Het bewind van Filips de Stoute, hertog van Bourgondië, luidde een periode van vrede en heropbouw in die zeventig jaar duurde. Een nieuw kasteel werd opgetrokken ter hoogte van de Kasteelkaai en Kasteelstraat. Nieuwe stadsmuren met een Broeltoren aan de noordkant integreerden de bestaande toren in de verdedigingswerken. Sociale spanningen en de pest die een vlot handelsverkeer verhinderde, zorgden ervoor dat de lakennijverheid veel aan belang verloor. Na de dood van Maria van Bourgondië in 1482 raakte Kortrijk opnieuw in een oorlog tegen de Fransen betrokken.
De opkomende linnenindustrie bracht de welvaart van weleer niet terug. De volksopstand in de Nederlanden die in 1539 uitbrak, bracht ook de toorn van Karel V over Kortrijk.
De opkomst van het protestantisme, met een overwicht van anabaptisten, en de wijze waarop die moesten worden vervolgd, leidden vanaf 1560 tot een onverzoenbare tweespalt in de hoogste kringen van het stadsbestuur. Zwaargewichten als inquisiteur Pieter Titelmans, de Brugse monnik broeder Cornelis van Dordrecht en de pastoor van de Sint-Maartenskerk, Jacob Tsantele, wierpen zich in de strijd. Hen was het om veel te doen, aangezien enkele honderden personen van protestantisme verdacht waren. Na de Beeldenstorm (waaraan Kortrijk ontsnapte) gaf de benoeming van een nieuwe stadspensionaris eens te meer aanleiding tot een hevige tweespalt. In 1578 werd Kortrijk door de stad Gent met dwang opgenomen in de Calvinistische Republiek, en werd er hier een kerk voor de calvinisten opgericht. Maar al in 1580 volgde de Inname van Kortrijk door de malcontenten. De stad werd weer Spaans en dus katholiek.[9]
De aanspraken van Lodewijk XIV van Frankrijk op Vlaanderen resulteerden in vijf Franse bezettingen tussen 1646 en 1706 en de aanleg van versterkingen alsook de bouw van de citadel van Kortrijk. De Vrede van Utrecht wees de stad toe aan de Oostenrijkers.
Kortrijk was in de late 17e eeuw en eerste helft van de 18e eeuw een van de vestingsteden die deel uitmaakten van de Nederlandse vestingbarrière in de Zuidelijke Nederlanden.
Industrialisatie en bevolkingsexplosie in de 19e eeuw
Kortrijk speelde een rol bij de Brabantse omwenteling in 1789 maar de Oostenrijkers konden zich rehabiliteren. Het embargo dat Napoleon Bonaparte afkondigde was zoals elders funest voor de uitvoer. Het Nederlands bewind (1815-1830) en de handelspolitiek van het jonge België brachten daar weinig verandering in.
De industrialisatie van de textielsector, in de tweede helft van de 19e eeuw, bracht een en ander op gang. Grote textielfabrieken werd op diverse locaties in en rond de stad gebouwd en het Kanaal Bossuit-Kortrijk verbond de stad rechtstreeks met de Schelde. Rond deze tijd ontstonden ook vele arbeidersbuurten met de vele beluiken. De industrialisatie bracht tevens een sterke bevolkingsgroei tot stand door de trek van het platteland naar de stad.
In de tweede helft van de 19e eeuw werd de stad onder impuls van burgemeester Auguste Reynaert grondig gesaneerd terwijl het historisch erfgoed gerestaureerd en verfraaid werd (o.a. het belfort, het centrale postkantoor, de lakenhallen).
20e eeuw
Het Schouwburgplein ontstond pas in de 20e eeuw, nadat de Lakenhallen tijdens de Tweede Wereldoorlog verwoest werden. Tegenwoordig vinden hier vaak evenementen plaats, zoals het Zomercarnaval.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog richtten bombardementen in de nazomer van 1917 veel schade aan. In de herfst van 1918 vonden er aan de Leie nog zware gevechten plaats tussen Newfoundlandse en Schotse troepen enerzijds en terugtrekkende Duitse troepen anderzijds (zie Newfoundland Memorial Kortrijk).
In de Tweede Wereldoorlog was er de slag aan de Leie tijdens de Achttiendaagse Veldtocht maar het was vooral het geallieerd bombardement in 1944 dat verwoestend was. Daarbij werden het oorspronkelijke 19e-eeuwse spoorwegstation (toen overwelfd door een glazen koepel) alsook de Lakenhallen, het centrale postgebouw en talrijke burgerhuizen vernield. Na de oorlog werd de stad heropgebouwd.
In de tweede helft van de 20e eeuw kende de stad een sterke uitbouw als centrumstad van Zuid-West-Vlaanderen, onder meer door de oprichting van de Kortrijkse universiteit KULAK, de bouw van diverse nieuwe ziekenhuizen, de aanleg van de eerste verkeersvrije winkel-wandelstraat van België en de bouw van het beurzencomplex 'de hallen van Kortrijk' (later herdoopt tot Kortrijk Xpo).
Aan het eind van de 20e eeuw kende de stad een sterke heropleving doordat talrijke ingrijpende stadsvernieuwingsprojecten het licht zagen zoals de Leiewerken (waarbij de rivier verbreed en uitgediept werd en er zeven nieuwe bruggen gebouwd werden), de bouw van het woon- en winkelcentrum K in Kortrijk en de heraanleg van de openbare ruimte, zowel in de binnenstad als in diverse stadswijken. Deze projecten, vaak opgezet door het stadsbestuur of het stadsontwikkelingsbedrijf Kortrijk, moesten Kortrijk als een moderne stad de 21e eeuw inloodsen.
Geografie
Samenvatten
Perspectief
De stad ligt aan de rivier de Leie. Met deze rivier was de stad economisch gezien eeuwenlang verbonden. De Leie splitst zich ongeveer in het centrum van de stad en komt wat verder weer samen, zodat er een eiland ontstaan is, het zogenaamde Buda-eiland.
De kernen van Heule, Bissegem en Marke liggen nabij de Leie en zijn vergroeid met de stadskern van Kortrijk. In het buitengebied in het uiterste noorden van Heule ligt een deel van het gehucht Sint-Katharina, dat op de grens van de buurgemeenten Lendelede en Kuurne met Kortrijk ligt.
Aalbeke ligt iets ten zuiden van het centrum, halverwege tussen Kortrijk-centrum en de Waalse grensstad Moeskroen.
Kortrijk, deelgemeenten en buurgemeenten. De gele gebieden zijn bebouwde kernen.
De dorpen Bellegem en Rollegem liggen in het landelijke gebied ten zuiden van Kortrijk, in het gebied tussen de rivieren Schelde en Leie. Het kleine dorpje Kooigem ligt het verst verwijderd van het centrum en de Leie. Het ligt namelijk 10 kilometer ten zuiden daarvan, op slechts een paar kilometer van de Schelde.
De verstedelijkte agglomeratie van Kortrijk loopt in het noorden ook verder in de buurgemeenten Kuurne en Harelbeke. Ondanks hun nauwe band met Kortrijk zijn dit zelfstandige gemeenten. De stad vormt bovendien samen met o.a. de Franse metropool Rijsel en de Waalse steden Moeskroen en Doornik de Frans-Belgische Eurometropool Rijsel-Kortrijk-Doornik. Diverse grensoverschrijdende projecten zijn momenteel lopende en geven mede vorm aan dit grensoverschrijdend Eurodistrict.
De stad Kortrijk grenst zo aan de volgende gemeenten en dorpen (en één gehucht):
o. Sint-Katharina (gehucht Sint-Katharina, deel uitmakend van Heule, Kuurne en Lendelede)
Klimaat
In Kortrijk heerst voornamelijk een gematigdregenklimaat. Dit klimaat zorgt er het gehele jaar voor dat de regenval vrij gelijkmatig verdeeld wordt en zowel in de zomer als in de winter nadrukkelijk aanwezig kan zijn. De Atlantische golfstroom zorgt ervoor dat de westelijke en zuidwestelijke winden minder invloed hebben op het klimaat.
Volgens het Nationaal Instituut voor de Statistiek telde de gemeente Kortrijk 77.741 inwoners op 1 januari 2022. De stad vormt samen met de verstedelijkte randgemeenten Kuurne, Harelbeke en Gullegem (deelgemeente van Wevelgem) een aaneengesloten stedelijk weefsel in de Leievallei, met op 1 januari 2021 circa 120.000 inwoners. Het verstedelijkt gebied van Kortrijk oefent daarom een grotere invloed op zijn omgeving uit dan op basis van het bevolkingsaantal van Kortrijk zelf zou kunnen aangenomen worden.
Demografische ontwikkeling voor de fusie
Bron:NIS - Opm:1831 t/m 1970=volkstellingen op 31 december; 1976= inwoneraantal per 31 december
Demografische ontwikkeling van de fusiegemeente
Alle historische gegevens hebben betrekking op de huidige gemeente, inclusief deelgemeenten, zoals ontstaan na de fusie van 1 januari 1977.
Bronnen:NIS, Opm:1831 tot en met 1981=volkstellingen; 1990 en later= inwonertal op 1 januari
Meer informatie Inwoners van jaar tot jaar op 1 januari 1992 tot heden, Jaar ...
Inwoners van jaar tot jaar op 1 januari 1992 tot heden
Kortrijk is een historische stad met een rijk cultureel erfgoed. Ondanks de vele verwoestingen doorheen talrijke oorlogen is het historisch centrum vrij goed geconserveerd. Vandaag telt Kortrijk heel wat beschermde monumenten en gebouwen, waarvan er twee, met name het belfort en het begijnhof, zelfs de titel van Unesco Werelderfgoed dragen. Daarnaast telt het Kortrijkse straatbeeld heel wat waardevolle gevels. Tot het Kortrijkse erfgoed behoren ook molens, standbeelden en natuurlijke landschappen.
Naast het historische erfgoed zijn er in Kortrijk de laatste jaren heel wat opmerkelijke realisaties verwezenlijkt op het vlak van hedendaagse architectuur en publieke ruimte. De Verlaagde Leieboorden aan de Verzets- en Broelkaai wonnen in 2019 de jury- én publieksprijs voor beste publieke ruimte in Vlaanderen.[12] Voorts zijn in de stad ook diverse musea te bezoeken, onder meer Kortrijk 1302, Texture en het vernieuwde Bezoekerscentrum in het Begijnhof.
Kortrijk is gelegen in de Leiestreek, een van de Vlaamse toeristische regio's. Elke zomer worden boottochten op de Leie georganiseerd en ook de parken en de vernieuwde wandel- en fietspromenades langsheen de Leieboorden bieden heel wat recreanten aangename verpozingsmogelijkheden. De geschiedenis, de horecagelegenheden, de musea, maar ook de verkeersvrije winkelstraten en winkelcentra lokken heel wat mensen naar deze stad.
Het autoverkeer wordt zo veel mogelijk uit het centrum van de stad geweerd. De snelheidsbeperkingen (30km per uur), een ambitieus verkeersgeleidingsplan, veel eenrichtingsverkeer (twee richtingen voor fietsers) en randparkings met directe pendelverbinding naar de binnenstad moeten van Kortrijk een aangename wandel- en winkelstad maken.
De twee bijna identieke Broeltorens langs de oude leie. Deze vestingtorens zijn middeleeuwse bouwwerken. De meest zuidelijke toren is de Speyetoren en werd in de 13e eeuw gebouwd. De andere, de Ingelburgtoren, dateert van de 15e eeuw. Tussen de twee torens is een brug met in het midden het beeld van de heilige Johannes Nepomucenus, patroonheilige van de drenkelingen. Beide torens worden met elkaar verbonden door middel van de Broelbrug, een stenen brug die drie bogen telt.
Het Baggaertshof, met 13 huisjes en een kapelletje, gelegen rondom een medicinale kruidentuin. Dit geheel van middeleeuwse huisjes wordt vaak het tweede Kortrijkse begijnhof genoemd.
Op de Groeningekouter (pal in het centrum van de hedendaagse stad) bevinden zich de Groeningepoort en het Groeningemonument, opgericht naar aanleiding van de 600e verjaardag van de Guldensporenslag.
middeleeuwsekelder. Deze kelder werd ontdekt in 1955 en bevindt zich op de hoek van de Grote Markt. De middeleeuwse kelder is een restant van verschillende stenen huizen die op die plaats gestaan hebben. De kelder werd in 1983 beschermd.
Het Sint-Elisabethbegijnhof, een gaaf bewaarde middeleeuwse stadswijk. Het begijnhof werd gesticht in 1238 door Johanna van Constantinopel. Het werd meerdere malen verwoest (in 1302, 1382 en in 1684), en in de 17e eeuw herbouwd. De huisjes zijn dan ook opgetrokken in barokke stijl. De oorspronkelijke gotische kapel werd gebouwd in 1464, maar werd in de 18e eeuw ook herbouwd in barokke stijl. In het huis van de Grootjuffrouw bevond zich het Begijnhofmuseum. Dit bevindt zich sedert september 2016 aan de grote ingangspoort.
De Sint-Maartenskerk, een gotische kerk die dateert van rond 1300, maar deels werd herbouwd na een grote brand in 1382. Een tweede brand in 1862 leidde tot de herstelling van de toren.
De Onze-Lieve-Vrouwekerk, met Kruisoprichting van Antoon Van Dyck. Deze kerk is een van de oudste gebouwen in Kortrijk. Ze werd oorspronkelijk gebouwd binnen de muren van het eerste grafelijke kasteel te Kortrijk, waarvan nog steeds restanten te zien zijn naast de kerk. In de kerk is sinds 11 juli 2022 het Belevingscentrum Kortrijk 1302 gevestigd (ter vervanging van het vroegere museum Kortrijk 1302 in de Groeningeabdij[13][14]).
De Gravenkapel, die zich naast de Onze-Lieve-Vrouwekerk bevindt, werd gebouwd naar het voorbeeld van de Sainte Chapelle te Parijs als mausoleum voor graaf van Vlaanderen Lodewijk van Male.
De Sint-Michielskerk, een jezuïetenkerk die zich bevindt aan het Sint-Michielspleintje nabij de Grote Markt.
Museum voor Schone Kunsten of het Broelmuseum voor Oudheidkunde en Sierkunst. Dit museum is ondergebracht in een 18e-eeuws herenhuis. Het bevat werken van Kortrijkse kunstenaars (onder anderen Roelant Savery) en een unieke verzameling internationale keramiek. Het museum sloot eind 2014 de deuren.
Groeningeabdij met historisch museum. Dit museum vertelt de geschiedenis van Kortrijk tot aan de valavond van de eerste Wereldoorlog. Momenteel geen permanente opstelling.
Begijnhofmuseum
Vlaams Filmmuseum en -archief / Huis van Beeld & geluid
Abby Kortrijk
Moderne architectuur
Kortrijk heeft naast zijn historisch patrimonium ook heel wat te bieden op het vlak van 20e- en 21e-eeuwse architectuur en stedenbouw. De Kortrijkse Kunstwerkstede Gebroeders De Coene was in de 20e eeuw een toonaangevend designbedrijf. De Kunstwerkstede scheerde nationaal en internationaal hoge toppen als producent van art-decomeubelen en verwierf onder meer de licenties voor de vervaardiging van de befaamde Knoll-meubelen.
Sinds de jaren negentig kwamen er vele nieuwe projecten op gang op het gebied van architectuur en urbanisme. Naast de ontwikkeling van Hoog Kortrijk, werden ook de Kortrijkse binnenstad en de winkelstraten grondig gerenoveerd en gingen diverse stadsvernieuwingsprojecten van start. Een van de belangrijkste ingrepen zijn de Leiewerken, waarbij de Leie wordt verbreed en verlegd, er 7 nieuwe bruggen worden gebouwd en de Leieoevers tot wandel- en fietsboulevards worden heraangelegd.
Postgebouw op de Graanmarkt uit 1960, architect Gaston De Leye
Stationsgebouw, 1956
Collegetoren langsheen de Diksmuidekaai
Nieuwe vleugel hospitaal aan de Reepkaai, Luyten en Lens
Heraanleg Grote Markt en Nieuwe Begraafplaats aan de Ambassadeur Baertlaan, Bernardo Secchi
Heraanleg verkeersvrije winkelstraten, Jordi Farrando en Philippe Cnockaert
Leieboorden-project aan het Guido Gezellepad, bOb Van Reeth
Pradopark, sociale huisvesting, Henk Desmet en Paul Vermeulen
Bankfiliaal in de Wijngaardstraat en nieuw winkel- en wooncentrum K in Kortrijk, Robbrecht en Daem Architecten
De fontein De Golf op het Schouwburgplein. Het is een werk van Olivier Strebelle, het is 7 m hoog op 12 m lang en bestaat uit 11 gebogen buizen waaruit het water spuit.
Natuurgebied De Kleiputten (op 't Hoge). De kleiputten dateren van 1923, de klei werd gebruikt voor de fabricatie van bakstenen. De stad kocht dit gebied in 1989 zodat het gebied beschermd kon worden. Het bestaat uit een reservaat van 2 ha en een park van 4 ha.
De stadsbibliotheek beschikt over een uitgebreide verzameling van meer dan 10.000 Esperantoboeken en -tijdschriften geschonken door Cesar Vanbiervliet (1905-1992).
Tevens heeft elke deelgemeente van Kortrijk een eigen ontmoetingscentrum.
Bioscopen
Vroeger lagen er in de binnenstad en daarbuiten tal van bioscopen, zoals de cinema Royal op de Grote Markt, de Gouden Lanteern in de Persijnstraat en de cinema Capitole op het stationsplein. Hierna volgden er nog vele andere. Bekende cinema’s in Kortrijk waren onder meer cinema Ons Huis en danszaal Scala. Door de komst van de televisie en later de grote bioscoopcomplexen, moesten ook in Kortrijk vele kleine cinema's noodgedwongen de deuren sluiten.
In het Kortrijkse staat bovendien de wieg van de grote moderne bioscoopcomplexen van de bioscoopgroep Kinepolis. De eerste buurtbioscoop van deze groep opende in de jaren 60 in het naburige Harelbeke, maar het eerste complex met meerdere zalen (vijf) opende onder de naam Pentascoop op het Kortrijkse Buda-eiland. Hierrond ontstond een gezellige uitgangsbuurt (het zogenaamde 'Mirakelstraatje'). Na een grondige vernieuwing van het complex heropende deze bioscoop, onafhankelijk van Kinepolis, als deel van het Kortrijkse Buda Kunstencentrum de deuren in 2006 onder de naam Budascoop.
Nu bevindt zich in de binnenstad nog de Budascoop, terwijl er op Hoog-Kortrijk een groot bioscoopcomplex van Kinepolis gevestigd is. De Budascoop is een bioscoop die vooral bekendstaat om zijn meer alternatieve programmatie, met aandacht voor niet-commerciële (lowbudget)films en cultfilms. In de vestiging van bioscoopketen Kinepolis aan de President Kennedylaan komen alle nieuwe, en soms ook klassieke, kaskrakers aan bod.
Novarock was een muziekfestival dat tot en met 2012 jaarlijks plaatsvond. Het evenement was een mix van muziek, randanimatie en een heuse Novarockrally. Novarock werd in 2002 opgericht en vond achtereenvolgens -wegens schaalvergroting- op diverse locaties plaats: van het Ontmoetingscentrum te Heule over het Bouwcentrum Pottelberg tot uiteindelijk in het beurzen- en evenementencomplex Kortrijk Xpo. Kenmerkend voor dit festival was dat het het eerste grote festival in zijn soort was tijdens het jaar dat het volledig overdekt was en dat het ook telkens een podium bood aan beloftevol talent uit zowel het Kortrijkse als uit de rest van Vlaanderen (via de Novarockrally). In 2013 werd besloten om geen nieuwe festivaleditie meer te organiseren.
Dit jaarlijk muziekfestival vindt telkens plaats op 1 mei in het Begijnhofpark en biedt een mix van muziekoptredens en randanimatie naar aanleiding van het Feest van de Arbeid.
De Sinksenfeesten zijn zowat de grootste volksfeesten die op Pinksteren en de maandag na Pinksteren de volledige binnenstad omtoveren tot een groot feestgebied. Er vinden op talrijke plaatsen optredens plaats, er is straattheater en traditiegetrouw is er op pinkstermaandag ook telkens een grote rommelmarkt over de volledige binnenstad.
Dit tweejaarlijks openlucht jazzfestival vindt telkens plaats in het Begijnhofpark in het begin van de maand juli.
week van 11 juli
Guldensporenfeesten
Stadsfestival
de hele binnenstad
Ter herdenking van de Guldensporenslag vinden verspreid over de stad activiteiten plaats zoals muziekoptredens en vuurwerk.
juli
Kortrijk Congé
Kunsten- en muziekfestival
jaarlijks andere locatie
Met dit festival wordt het begin van de zomer officieel ingeluid met tal van activiteiten, muziekoptredens en performances. Locaties waren tot dusver het park De Blauwe Poort, het Buda-eiland, het Evolispark, Budabeach en het Koning Albertpark.
Dit cabaretfestival is het oudste humor- en cabaretfestival van Vlaanderen. Tijdens de Zomereditie, die 3 dagen duurt, worden een hele reeks bekende en onbekende comedy-acts geprogrammeerd op verschillende podia. Tweejaarlijks is er tijdens de wintereditie het Humorologieconcours, een wedstrijd voor beginnende cabaretiers, comedians, theatermakers... Tijdens de finale worden er een juryprijs, publieksprijs en persoonlijkheidsprijs uitgereikt.
Oorspronkelijk was het festival een indoor festival en had het zijn stek in de Brielpoort te Deinze.
In 2013 verhuisde het festival naar de terreinen van VIVES te Kortrijk en werd het een outdoor festival.
Vanaf 2015 werd gekozen voor een terrein aan De Lange Munte als locatie. Het vast thema van het festival is, zoals de naam doet vermoeden, een gevangenis. Zo neemt de productietoren bijv. de vorm aan van een wachttoren. In 2017 vierde het festival zijn 10de editie met een 2de podium, Swamp Stage, en werd er een 3de festivaldag ingelast waardoor Alcatraz zich het 2de grootste metal festival van België mag noemen. Vanaf 2019, werd met La Morgue nog een 3de podium toegevoegd waar vooral Belgische underground bands een podium krijgt. In 2022 kwam daar een 4de podium bij: Helldorado, waar elke festivaldag in het teken stond van een bepaald subgenre.
"Het marginaalste festival van het land", ook wel de grootste verkleedpartij van het land genoemd,[bron?] gaat jaarlijks door in De Lange Munte, het weekend na Alcatraz. Beide festivals delen dan ook grotendeels de terreinindeling en enkele tenten om logistieke redenen.
Tijdens dit zomers feest kleurt de hele binnenstad in felgeel en vinden er tal van optredens plaats met als orgelpunt de grote carnavalsstoet op zondagnamiddag.
Een verkiezing waar elk jaar het nieuwe "Tineke van Heule" wordt verkozen, naast de proeven die de Tinekes moeten afleggen zijn er ook allerhande andere activiteiten (avondmarkt, 90's Party, optredens ...)
13-daags Internationaal kunstenfestival met theater, dans, performance, muziek, lezingen, nieuwe media en feesten.
Sluiten
Kermissen
Elk jaar rond Pasen staat in de binnenstad van Kortrijk gedurende 18 dagen de Paasfoor, een van de grootste kermissen in België. De foor telt ruim 100 attracties en strekt zich uit over talrijke pleinen en kaaien. Ze palmt hierbij heel de Grote Markt in alsook het Schouwburgplein, de Dolfijnkaai, de Handelskaai, het Conservatoriumplein, het Stationsplein en het Casinoplein. De Paasfoor start traditiegetrouw telkens op Witte Donderdag en loopt tot en met de tweede zondag na Pasen.
Reeds tien jaar op rij worden tijdens de oudejaarsperiode enkele hallen van Kortrijk Xpo omgebouwd tot een groots overdekt indoorpretpark van 20.000 m². Voor een vaste toegangsprijs kan men hier een volledige dag gebruikmaken van alle attracties.
In Kortrijk bevinden zich diverse buurten met een grote verscheidenheid aan uitgaansmogelijkheden. Kortrijk telt 13 jeugdhuizen, waarvan vier in Kortrijk zelf en vier in de deelgemeente Heule.[15] Bekende jeugdhuizen zijn Reflex en Limelight.
De binnenstad
Een uitgaanscentrum in Kortrijk is het zogenaamde straatje. Deze verkeersvrije straat, de Burgemeester Reynaertstraat, ligt tussen het Schouwburgplein en het Stationsplein en kent langs weerszijden diverse cafés en eetgelegenheden.
Op het Buda-eiland is de Kapucijnenstraat ('t Mirakelstraatje) gekend als een uitgangsbuurt. Naast diverse cafés en bistro's bevindt zich hier de Budascoop. Sinds de heropening van de Budascoop (de voormalige Pentascoop) en de heraanleg tot verkeersvrije straat kende deze buurt een heropleving.
De Vlasmarkt is een verkeersvrij pleintje waar zich diverse jongerencafés bevinden. Dit pleintje is eerder gekend als de alternatieve scène.
Op de Veemarkt bevinden zich eveneens heel wat volkscafés en bistro's.
Hoog Kortrijk
Op Hoog-Kortrijk bevindt zich eveneens een uitgangsbuurt met tal van cafés die eerder gericht zijn naar de universiteits- en hogeschoolstudenten. Bovendien bevindt zich hier ook een Kinepolis-vestiging. Ook in Kortrijk Xpo vinden grote fuiven plaats.
De Pottelberg
In het bouwcentrum op de Pottelberg, op de site en in de aangepaste en uitgebreide gebouwen van de voormalige pannenfabriek, is er tegenwoordig een commercieel centrum gevestigd waar verschillende kmo's hun zetel hebben.
Radio 2 West-Vlaanderen zendt uit vanuit de studio's op het Conservatoriumplein in de binnenstad.
Verkeer en vervoer
Samenvatten
Perspectief
Kortrijk ligt zowel langs het water als via de weg en via het spoor op belangrijke verkeersassen. Opvallend is de bundeling in oost-westrichting van de belangrijkste assen terwijl de stad zelf zich vooral in noord-zuidrichting heeft ontwikkeld.
Binnenvaart
Leie te Kortrijk, met nieuwe kaaimurenLeie in Kortrijk, 2007
Sedert het einde van de jaren zeventig van de 20e eeuw is er sprake van de uitdieping en de verbreding van de nieuwe Leie, de zogenaamde Leiewerken. Dit grootse stedenbouwkundige project moet de rivier bevaarbaar maken voor schepen tot 4400 ton en maar ook de oevers verfraaien en aantrekkelijke wijken aan het water creëren. De werken zijn begonnen in 1997 en hebben al veel vertragingen opgelopen, onder andere door saneringen. Momenteel zijn er vertragingen bij de bouw van nieuwe Budabrug, waardoor de exacte einddatum van de werken nog niet vastligt. Het project is een van de meest drastische veranderingen van de Kortrijkse binnenstad in het voorbije decennium. De stad krijgt er langsheen dit traject zeven nieuwe bruggen bij die minstens zeven meter boven het wateroppervlak moeten komen zodat grote containerschepen eronderdoor kunnen varen. Zes van deze bruggen zijn intussen al gebouwd (Dambrug, Groeningebrug, Ronde van Vlaanderenbrug, Collegebrug (eind 2008 opgeleverd), de nieuwe Gerechtshofbrug, ook wel de Noordbrug (eind 2010 opgeleverd) en de Budabrug (begin 2015 opgeleverd). De Reepbrug is momenteel in aanbestedingsfase. De kaaien langsheen de verbrede rivier worden opnieuw aangelegd, met bomen en een breed voetgangers- en fietspad. Daarnaast komen er drie nieuwe parken, waaronder 'Budabeach' aan de westelijke tip van het Buda-eiland.
Ook de oevers van de niet bevaarbare oude Leie worden aangepakt. Aan de Broeltorens worden de oevers verlaagd, zodat contact met het water terug mogelijk is, naar model van de Graslei in Gent.
Wegen en snelwegen
De Collegebrug over Leie voor fietsers en voetgangers
Omdat Kortrijk op een knooppunt van enkele autosnelwegen en belangrijke gewestwegen ligt, is de stad goed bereikbaar vanuit diverse steden uit zowel Vlaanderen als Wallonië, maar ook Noord-Frankrijk.
De grote ring rond Kortrijk, de R8, vormt de centrale draaischijf die de stad verbindt met de autosnelwegen en tegelijk de binnenstad ontlast van doorgaand verkeer. De ring is in het zuiden niet volledig gesloten, hoewel de bedding reeds voorzien is, en sluit er een stuk aan op de E17, wat ervoor zorgt dat dit gedeelte van de snelweg iets drukker is, omdat het zowel voor doorgaand als lokaal verkeer gebruikt wordt. Opmerkelijk is een grote eivormige verkeerswisselaar, het Ei van Kortrijk, die de E17, de R8 en enkele andere gewestwegen verbindt.
De kleine ring, die rond het centrum van de stad loopt, is de R36. Rond de stad en tussen beide ringwegen ligt een radiaal systeem van invalswegen.
Overzicht belangrijkste toegangswegen
In en rond Kortrijk liggen volgende belangrijke nationale en internationale wegen:
Een groot deel van de Kortrijkse binnenstad is autovrij. De eerste autovrije straten waren de Korte Steenstraat en de Lange Steenstraat. Later zou het autovrij gedeelte nog sterk uitgebreid worden. Tegelijkertijd is er sinds 2015, en nadien sterk uitgebreid, een systeem van fietsstraten. Hierbij hebben fietsers voorrang op alle autoverkeer en mogen auto's ook de fietsers niet inhalen. Sinds de oprichting van het Stedelijk Parkeerbedrijf Kortrijk (Parko) wordt het stadsverkeer bovendien ook via een parkeerroute naar boven- en ondergrondse parkeergarages geleid. Om het grotendeels verkeersvrije centrum vlotter toegankelijk te maken, werd begin 2010 een nieuw parkeergeleidingssysteem met digitale infoborden geïnstalleerd langs de belangrijkste invalswegen. Dit moet de bestuurders in staat stellen om vanaf de rand van de stad vlot een van de verschillende boven- of ondergrondse parkeergarages te bereiken. Het systeem is bovendien ook in staat files te detecteren en via de informatie op de digitale borden de autobestuurders een alternatieve route aan te reiken.
Spoorwegen
Het station van Kortrijk rond het einde van de 19e eeuw.
Het station Kortrijk ligt in het centrum van de stad. Er zijn treinverbindingen met belangrijke Belgische steden en de Franse stad Rijsel. Het station is na dat van Brugge het belangrijkste NMBS-treinstation in West-Vlaanderen en staat met ongeveer 10.100 reizigers op een weekdag op de 14e plaats in België. In 2007 en 2008 werd een tweede stationshal gebouwd aan de achterzijde van het station en werd de westelijke voetgangerstunnel gerenoveerd. Dit gebeurde in het kader van het grensoverschrijdende hst-project 'Connect', deels gesubsidieerd door de EU. De onmiddellijke omgeving van het station werd hierbij eveneens opgeknapt.
Vanaf 1893 werd in en rond Kortrijk een openbaar vervoersnetwerk aangelegd. Deze tramlijnen werden uitgebaat door de SA Intercommunale de Courtrai en verbonden de verschillende stadswijken in Kortrijk met de nabijgelegen dorpen en gemeenten. Op 25 mei 1963 werd de laatste elektrische tramlijn in Kortrijk verbust.
Op vandaag wordt het openbaar stadsvervoer in Kortrijk geëxploiteerd door Vlaamse Vervoermaatschappij De Lijn. Het bestaat uit een uitgebreid busnetwerk, onderverdeeld in stads-, voorstads- en streeklijnen.
Het hoofdbusstation Tolstraat van waaruit alle bussen in de stad en streek vertrekken, bevond zich net naast het hoofdtreinstation. Naast een stadsbusnet, bestaande uit acht stadslijnen en zeven voorstadslijnen, kwamen en vertrokken er ook verschillende streekbuslijnen naar/uit Kortrijk, alle geëxploiteerd door de De Lijn. Door de werken aan het station en de stationsomgeving is het busstation Tolstraat sinds 2017 buiten gebruik. De bussen stoppen nu aan vier tijdelijke terminals ter hoogte van het Stationsplein, Doornikselaan, Minister Tacklaan en Wandelweg. Sinds 1 december 2008 verzorgt de Waalse vervoersmaatschappij TEC een directe busverbinding tussen Kortrijk en Herseaux (Moeskroen). Verder wordt er internationaal openbaar busvervoer aangeboden door Flixbus.
Nabij Kortrijk, deels in Wevelgem en deels in deelgemeente Bissegem, bevindt zich de Internationale luchthaven Kortrijk-Wevelgem, een vliegveld waar vooral zaken- en sportverkeer de kroon spannen. De luchthaven beschikt over een 2km lange verharde startbaan. Aan de startbaan grenst een bedrijvenzone die gereserveerd is voor specifieke luchthavenactiviteiten. De ondernemingen die zich in deze zone vestigen hebben rechtstreeks toegang tot de startbaan. De luchthaven wordt voornamelijk gebruikt als zakenluchthaven. De luchtvaartmaatschappijen Abelag en ASL hebben er een zetel. Verder zijn er ook vliegclubs en een vliegschool actief en is er ook het Flanders Aviation Society-luchtvaartmuseum.
Economie
Samenvatten
Perspectief
Kortrijk is economisch een belangrijk centrum in België. Tot in de helft van de 20e eeuw was de Kortrijkse economie nauw verbonden met de vlasnijverheid (zoals tentoongesteld in het Nationaal Vlasmuseum). Nog steeds speelt de regio Kortrijk een belangrijke rol in de textielindustrie. In en rond Kortrijk bevinden zich diverse industrieterreinen zoals de zones op de Pottelberg, Kortrijk-Noord/Kuurne, Evolis en nabij de Luchthaven Kortrijk-Wevelgem.
Met de omschakeling naar de dienstensector in de tweede helft van de 20e eeuw werden diverse bedrijventerreinen opgericht, veelal door de Intercommunale Leiedal, waarvan het Kennedypark op Hoog Kortrijk het bekendste voorbeeld is. Op deze terreinen heeft het internationale beeldschermenbedrijf Barco zijn hoofdkwartieren. Een van de nieuwste bedrijventerreinen dat de komende jaren ontwikkeld zal worden is het Evolis park ten zuiden van de autostrade E17.
In het centrum van Kortrijk bevindt zich een groot verkeersvrij winkel- en wandelgebied dat bestaat uit een aaneenschakeling van diverse straten en pleinen in de oude binnenstad. De belangrijkste winkelstraten zijn hierbij deze die twee aaneengesloten 'winkellussen' vormen en zo samen het verkeersvrij wandelcircuit uitmaken. Een eerste lus verbindt de Grote Markt via de Korte Steenstraat met de Lange Steenstraat om zo via de Doorniksestraat en het Schouwburgplein terug op de Grote Markt uit te komen. De tweede, omvangrijkere, winkellus loopt via de Lange Steenstraat, de Steenpoort, de Sint-Jansstraat, de Kleine Sint-Jansstraat, de Wijngaardstraat en de Lekkerbeetstraat. Langsheen dit traject liggen ook tal van pleintjes die ook tot het winkelwandelcircuit behoren, zoals de Veemarkt, de Vlasmarkt, het Vandaeleplein, het Sint-Maartenskerkhof, de Grote Kring, het Overbekeplein en andere. Midden in de grote winkellus ligt het winkelcentrumK in Kortrijk. Andere winkelstraten in de binnenstad zijn de Rijselsestraat, de Onze-Lieve-Vrouwestraat, de Leiestraat en de Budastraat. Net buiten de binnenstad bevindt zich de Doorniksewijk, waar heel wat detailhandel gevestigd is.
Kortrijk was de eerste stad in België die een autovrije winkelstraat aanlegde (in 1962): de Korte Steenstraat. Later werden ook nabijgelegen straten, zoals de Lange Steenstraat en de Wijngaardstraat, autovrij gemaakt.
Om het winkelaanbod in de binnenstad verder te versterken, besloot het Stadsontwikkelingsbedrijf (SOK) tot de bouw van een groot winkelcomplex in het centrum van de stad tussen de voornaamste winkelassen. Nadat begin augustus 2007 de sloopwerken van oude, vaak leegstaande panden (waaronder de school Onze-Lieve-Vrouwe van Bijstand) tussen de Veemarkt, Wijngaardstraat en de Lange Steenstraat begonnen, werd in het najaar van 2007 begonnen met de bouw van een groots shoppingcenter dat de naam "K in Kortrijk" draagt. Vele grote ketens (waaronder Saturn, H&M, Zara, Bart Smit en Massimo Dutti) tekenden vrij snel voor een plaats in het winkelcomplex. Dit project, dat de grootste privé-investering ooit is in de Kortrijkse binnenstad, wordt beheerd door investeringsmaatschappij Foruminvest. In het voorjaar van 2009 werd gestart met de overkoepeling van het winkelcomplex, met een stalen koepel van 110 bij 30 meter. Het winkelcentrum opende zijn deuren op 11 maart 2010.
Om het winkelcentrum en de binnenstad toegankelijker te maken voor de auto, werd begin 2010 tevens een nieuw parkeergeleidingssysteem met digitale infoborden geïnstalleerd langs de belangrijkste invalswegen, om zo vanaf de rand van de stad vlot een van de verschillende boven- of ondergrondse parkeergarages te kunnen bereiken.
Nieuwe stadsprojecten
Samenvatten
Perspectief
Sinds eind jaren 1990 zijn diverse stadsvernieuwingsprojecten op gang gekomen die de stad een nieuw aanzicht en een nieuwe dynamiek pogen te geven. De stuwende kracht achter veel van deze projecten is het Stadsontwikkelingsbedrijf Kortrijk, kortweg SOK. Enkele lopende of op til staande stadsprojecten:
De ontwikkeling van het Buda-eiland tot kunsteneiland met de Budafabriek, de Budatoren, de Budascoop en kunstencentrum Broelkaai 6.
het Westerkwartier (bestaande uit zowel Kortrijk Weide als de Blekerijsite), een nieuw stadsdeel met het nieuwe gerechtsgebouw, een nieuw evenementenplein (het Nelson Mandelaplein), een nieuwe campus voor volwassenenonderwijs, een evenementenhal Depart en een nieuw subtropisch zwembad.
Leiewerken, met de bouw van zeven nieuwe bruggen, de verbreding van de Leie en de heraanleg van de Leieboorden.
Het verlagen van de historische Leieboorden zoals de Broelkaai en Verzetskaai.
Stationsomgeving, met bouw nieuwe concertzaal voor De Kreun, de bouw van een ondergrondse parkeergarage voor pendelaars en de bouw van een nieuw trein- en busstation.
Heraanleg van het historische hart van Kortrijk (restauratie van het Begijnhof, verhuis van het Museum 1302 naar de Onze-Lieve-Vrouwekerk, Inrichting van een nieuwe tentoonstellingssite (Abby) in de Groeningeabdij, afbraak van de oude site van het Sint-Vincentiusrusthuis, uitbreiding van het Begijnhofpark, heraanleg van de straatjes en het groen rondom de Onze-Lieve-Vrouwekerk).[17]
Campusgebouw B van de Kortrijkse universiteitscampus Kulak
Kortrijk heeft heel wat kleuter-, lagere en middelbare scholen. Leerlingen die in de wijde omtrek rond de stad wonen volgen hier secundair onderwijs. De drie verschillende netten zijn in de stad vertegenwoordigd: katholiek onderwijs, gemeenschapsonderwijs en provinciaal onderwijs.
Daarnaast is Kortrijk ook de belangrijkste West-Vlaamse studentenstad op het vlak van hoger onderwijs. Zo is de stad de zetel van verschillende hogescholen en van de universiteitscampusKULAK van de KU Leuven.
Gebouw A (voor de bacheloropleidingen Energiemanagement en Multimedia en Creatieve Technologie)
Gebouw C - Industrial Design Center (voor de bacheloropleiding Industrieel Productontwerpen)
Gebouw P - The Penta (voor de bacheloropleidingen Communicatiemanagement, Ergotherapie, Journalistiek, Netwerkeconomie, Sociaal werk en Toerisme en recreatiemanagement)
The Level (voor de bacheloropleiding Digital Arts and Entertainement, kortweg DAE, die in 2021 voor de derde keer in vijf jaar tijd de prijs kreeg voor "Best Game Design & Development School" ter wereld[18])
Buda (gesitueerd op het gelijknamige Buda-eiland, voor de opleiding Digital Design and Development, kortweg Devine)
In het academiejaar 2020-2021 overschreed het aantal studenten dat een opleiding volgde aan een van Kortrijkse instellingen voor hoger onderwijs de mijlpaal van 15.000.[19] Het gros hiervan, ruim 10.000, studeerde aan de Hogeschool Vives, terwijl de Howest in dat jaar ook boven de 3.000 studenten uitkwam. Aan de lokale takken van de KU Leuven en de UGent hadden zich respectievelijk zo'n 1.600 en 400 studenten ingeschreven toen.
In oktober 2021[20] sloegen 9 professionele ploegen uit verschillende sportdisciplines de handen in elkaar ter ondersteuning van het professionaliseringsproces binnen de ploegen. Hiervoor richtten de ploegen United Spurs Kortrijk op. De bedoeling is dat alle aangesloten ploegen gaan samenwerken op medisch en administratief vlak. Enkele ploegen namen ook de naam "Spurs" mee om dit initiatief extra in de verf te zetten.
Burgemeester was Vincent Van Quickenborne (Open Vld). Hij leidde een coalitie bestaande uit Open Vld, N-VA en sp.a. Samen waren deze in de loop van de legislatuur teruggevallen tot 20 op 41 zetels.
Meer informatie College van burgemeester en schepenen, Functie ...
Burgemeester was Vincent Van Quickenborne (Team Burgemeester). Hij leidde een coalitie bestaande uit Team Burgemeester (een lokale lijst van Open Vld), N-VA en Vooruit. Samen hadden ze 25 op 41 zetels. In de loop van de legislatuur werd Ruth Vandenberghe waarnemend burgemeester tijdens het ministermandaat van Van Quickenborne (2020-2023).
Meer informatie College van burgemeester en schepenen, Functie ...
Voorzitter Bijzonder Comité Sociale Dienst, sociale zaken, zorg, armoedebestrijding, consumenten, welzijn, werk en activering, senioren en onroerend erfgoed
Sluiten
College van burgemeester en schepenen 2024-2030
Burgemeester is Ruth Vandenberghe (TBSK). Zij leidt een coalitie bestaande uit TBSK (een lokaal kartel van Open Vld en CD&V), N-VA en Vooruit. Samen hebben ze 33 op 41 zetels.
Meer informatie College van burgemeester en schepenen, Functie ...
De gemeenteraad van Kortrijk telt 41 zetels. Aan het begin van de legislatuur telde de coalitie van Open Vld, sp.a en N-VA samen 25 zetels op 41. De zittingen van de Kortrijkse gemeenteraad gaan doorgaans door op de tweede maandag van de maand om 19 u. in het historisch stadhuis op de Grote Markt.
De rode cijfers naast de gegevens duiden aan onder welke naam de partijen telkens bij een verkiezing opkwamen.
De zetels van de gevormde meerderheid staan vet afgedrukt. De grootste partij staat in kleur. (*) 1976: KPB (1,24%) / 1982: KPB (0,83%) / 1988: D88 (3,72%) / 1994: W.O.W. (2,62%), ANDERS (0,38%), SRD (0,26%) / 2000: Vivant (0,69%), ANDERS (0,4%), D.U. (0,13%) / 2012: VCD (0,31%), Onafhankelijke-K (0,18%) / 2018: Kortrijk Vooruit (2,3%) / 2024: Gezond Verstand (1,8%)
Dialect
In de stad en haar ruime regio wordt het Kortrijks gesproken, een vorm van het West-Vlaamsedialect dat een typische uitspraak en woordenschat omvat. Door de ligging nabij de Franse grens bevat het Kortrijks bovendien veel Franse invloeden. Binnen de stad zelf kan ook een licht onderscheid gemaakt worden met het 'Overleis', een typisch stadsdialect dat zich door de eeuwen heen ontwikkeld heeft op de wijk Overleie die oorspronkelijk niet tot de omwalde stad behoorde.
Zie Kortrijks voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Kortrijk op het scherm, de radio of in de literatuur
Films, televisieprogramma's of series waarin Kortrijk een hoofdrol speelt of als decor voorkomt:
De Rodenburgs: Vlaamse televisieserie rond de schatrijke industriële familie Rodenburg. De naam verwijst naar de gelijknamige Rodenburgwijk in Marke.
Het Goddelijke Monster: Vlaamse drama/fictiereeks op Eén over de ondergang van een machtig geslacht van ondernemers en politici aan het einde van de 20e eeuw, gebaseerd op een boek van Tom Lanoye die met Het goddelijke monster, Zwarte tranen en Boze tongen een trilogie schreef over België als het uiteenvallende hart van Europa.
Mijn Restaurant: in het tweede seizoen van het VTM-programma Mijn Restaurant vertegenwoordigde het restaurant Dell' Anno in de Oude Dekenij de stad Kortrijk en bij uitbreiding heel de provincie West-Vlaanderen. Het restaurant in Kortrijk was de winnaar van dit seizoen.
Mijn Pop-uprestaurant: in het eerste seizoen vat het VTM-programma Mijn Pop-uprestaurant vertegenwoordigde Visbar STORM op het Schouwburgplein de stad Kortrijk en bij uitbreiding heel de provincie West-Vlaanderen. De deelnemers strandden op een 4e plaats.
Fata Morgana: in de finale aflevering van de populaire Eén-programma haalden de inwoners van de stad vijf sterren (het maximum) binnen.
Het Eén-programma Villa Vanthilt zond gedurende 5 weken in juli en augustus 2010 iedere maandag, dinsdag, woensdag, donderdag en zondag rechtstreeks uit vanop de Grote Markt, waar de televisiestudio (Marcels villa) opgebouwd stond. De villa, het resultaat van een ontwerpwedstrijd, was geïnspireerd op een botsautokraam. Iedere zondagavond was er een speciale thema-uitzending.
Radio
Studio Kortrijk: naar aanleiding van de verjaardag van de radiozender Studio Brussel, werd de naam van deze zender op 1 april 2010 veranderd in Studio Kortrijk. Er werd rechtstreeks uitgezonden vanop de Vlasmarkt tussen 6 en 19 uur, waarna verder werd uitgezonden vanuit de muziekclub De Kreun tot middernacht.
In 2011 werd in samenwerking met Studio Brussel een wedstrijd gehouden waarmee men een kot en een jaar gratis studeren in Kortrijk kon winnen. De finale vond plaats op 1 september 2011 en werd live uitgezonden op Studio Brussel.
Boeken
De Leeuw van Vlaanderen: boek door Hendrik Conscience uit 1838 over de Guldensporenslag die in 1302 op de Groeningenkouter werd uitgevochten waarin de stad vanwege dezelfde historische gebeurtenis een belangrijke locatie vervult.
Een van de bekendste muzikanten die liedjes zong in het Kortrijks, vaak ook over Kortrijk, is Johny Turbo. Een van de bekendste liedjes die in het Kortrijkse gemeengoed zijn geworden is Vis in de Leie. Dit nummer wordt ook vaak gedraaid en gezongen tijdens voetbalmatchen van KV Kortrijk.
Schayes, Antoine Guillaume Bernard(1838).Les Pays-Bas avant et durant la domination romaine, ou, Tableau historique, géographique, physique, statistique et archéologique de la Belgique et de la Hollande, depuis les premiers temps historiques jusqu'au 6me siècle. Établissement encyclographique.
Debrabandere, F., Devos, M., Kempeneers, P., Mennen, V., Ryckeboer, H. & Van Osta, W. (2010). De Vlaamse gemeentenamen: Verklarend woordenboek. Davidsfonds.