De tram van Szczecin is een deel van het openbaar vervoer in de Poolse stad Szczecin. Het tramnet bestaat uit twaalf dagelijkse lijnen en de seizoensgebonden toeristische lijn "0", die bediend wordt door historische tramstellen. De totale lengte van de spoorwegen is meer dan 119 km, en de spoorbreedte 1435 mm. In de loop zijn twee depots gevestigd en twaalf keerlussen, waaronder vijf op straatniveau. De daglijnen (nachtlijn werd in 1996 opgeheven) worden uitgevoerd door het bedrijf Tramwaje Szczecińskie, namens de autoriteit voor wegen en openbaar vervoer, de toeristische lijn is een initiatief van de vereniging van liefhebbers van openbaar vervoer in Szczecin (Szczecińskie Towarzystwo Miłośników Komunikacji Miejskiej).
Op 23 augustus 1879 werd de eerste paardentramlijn van de Westend via de Berlijnse Poort, Rossmarkt, Königstor naar Elysium geopend. Twee maanden later, op 16 oktober 1879, werd de tweede lijn in gebruik genomen. Tussen de Berlijnse Poort en de Grabower Straße werd de route van de eerste lijn gebruikt. De lengte van het tramnet was ongeveer 11,5 kilometer. Op 3 augustus 1885 werd de eerste aangelegde lijn in twee lijnen verdeeld, een lijntak leidde van het Centraal Station naar Elysium en de tweede van het Centraal Station naar Westend. Op dezelfde dag werd een andere lijn geopend.
Elektrificatie en tijd tot de Tweede Wereldoorlog
Op 4 juli 1897 werd de eerste elektrische tramlijn geopend. Het ging vanaf het Westend naar de Breiten Straße. In 1900 werd de elektrificatie van alle tramlijnen voltooid.[1] Op 1 oktober 1904 werd de lijn geopend van de Berlijnse Poort naar de Centrale Begraafplaats. In 1905 waren de lijnen genummerd en gemarkeerd met kleuren.[2]
In 1907 werd het tramdepot Niemierzyn geopend. Het depot Golęcin werd in 1912 in gebruik genomen. De bestaande tramlijnen zijn meerdere keren verlengd tot de Eerste Wereldoorlog. In 1912 werd een andere lijn, lijn 8 in gebruik genomen. Het ging vanaf het Schinkelplatz (pl. Kościuszki) naar de Grabower Straße. Vanaf 1923 ging lijn 4 naar de Centrale Begraafplaats, de lijnen 2 en 8 waren afgesloten vanwege gebrek aan trammaterieel. Een jaar later werd lijn 2 geactiveerd. In 1926 begon de bouw van een tramverbinding met de luchthaven, in 1927 de uitbreiding naar de luchthaven was voltooid. De lengte van het tramnetwerk bedroeg 50,3 km in 1940.
Periode na 1945
Na afloop van de Tweede Wereldoorlog was ongeveer 75% van de spanningsnet, 70% van de trammaterieel en 56% van het totale tramnetwerk vernietigd. De eerste tramlijn die weer in dienst kon komen was lijn 3 in de omgeving van tramremise Niemierzyn. De volgende lijnen waren in 1947 in dienst:
Lijn 1: Wojska Polskiego – Brama Portowa (Berliner Tor)
Lijn 3: Las Arkoński (Eckerberger Wald) – Hauptbahnhof
Lijn 4: Matejki – pl. Kościuszki
Lijn 6: Gocław (Gotzlow) – Lubeckiego
Lijn 7: Hutnicza – Mickiewicza
In 1949 kregen de tramlijnen nummers:
Lijn 1: Zajezdnia Pogodno – Wojska Polskiego – Brama Portowa
Lijn 2: Kołłątaja – Bahnhof Niebuszewo (Zabelsdorf)
Lijn 3: Pomorzany (Tiergarten) – Las Arkoński
Lijn 4: Powstanców Wlkp. – Hauptbahnhof
Lijn 5: Lubeckiego – Ku Słoścu
Lijn 6: Gocław – Lubeckiego
Lijn 7: Żołnierska – Jana z Kolna (Unterwiek)
Meer informatie Traject ...
Traject
Osiedle Zawadzkiego ↔ Potulicka
Szafera – Wojska Polskiego – Piłsudskiego – Matejki – Plac Żołnierza Polskiego – Niepodległości – 3 Maja – Narutowicza – Potulicka