Loading AI tools
Belgisch elektrisch treinstel Van Wikipedia, de vrije encyclopedie
Klassiek motorstel is een serie elektrische treinstellen van de NMBS. In de periode 1939-1979 zijn er bijna 500 van deze treinstellen gebouwd.
Klassiek motorstel | ||||
---|---|---|---|---|
Een klassiek motorstel onderweg | ||||
Een gemoderniseerd stel (MSCR) te Antwerpen | ||||
Aantal | 497 gebouwd, maar niet tegelijk in dienst | |||
Fabrikant | La Brugeoise et Nivelles, Ragheno, Ateliers Germain, werkplaats 's-Gravenbrakel, centrale werkplaats Mechelen | |||
Vervoerder | NMBS | |||
Indienststelling | 1939-1979 | |||
Uit dienst | ||||
Asindeling | (A1)(1A) + (A1)(1A) | |||
Assen | 8 | |||
Spoorwijdte | 1.435 mm | |||
Massa | 98,5 tot 117 ton, afhankelijk van de serie | |||
Lengte over buffers | 44,4 tot 46,575 meter, afhankelijk van de serie | |||
Breedte | 2.781 tot 3.000 mm, afhankelijk van de serie | |||
Hoogte | 3.767 tot 4.400 mm, afhankelijk van de serie | |||
Maximumsnelheid | 130 km/h 140 km/h MS46 en vanaf MS66-serie | |||
Versnelling | 0,46 m/s2 [1][2] | |||
Wieldoorsnee | 1010 mm[1][2] | |||
Deuren | MS39: Schuifdeuren Rest: Pneumatische vouwdeuren 4 per zijde | |||
Aantal zitplaatsen | 118 tot 185, afhankelijk van de serie | |||
Zitplaatsen 1e klas | 24 tot 45, afhankelijk van de serie | |||
Zitplaatsen 2e klas | 86 tot 154, afhankelijk van de serie | |||
Aantal staanplaatsen | afhankelijk van de serie | |||
Techniek | ||||
Stroomsysteem | Bovenleiding | |||
Voeding | 3 kV = 1,5 kV = | |||
Aandrijving | Gelijkstroom (rijweerstanden of chopper) | |||
Vermogen | 620 tot 840 kW, afhankelijk van de serie | |||
Uurvermogen | 4× 190 kW[1][2] | |||
Continuvermogen | 4× 170 kW[1][2] | |||
Aantal motoren | 4× gelijkstroom[1][2] | |||
Overbrenging | 71 : 21[1][2] | |||
Treinbeïnvloeding | TBL1+ (nummers 642 en hoger) | |||
|
De eerste stellen werden oorspronkelijk afgeleverd in twee tinten groen. Vanaf stel 035 was de donkergroene kleur jarenlang de standaard, eerst met smalle zichtbaarheidsbanden en later met brede zichtbaarheidsbanden. Ook de stellen 001 tot 034 kregen de donkergroene schildering. Hierdoor kreeg dit type materieel de bijnaam groentjes. Ook de term tweetjes was gemeenzaam voor deze stellen. Vanaf 1984 werden de stellen met nummer 152 en hoger bordeauxrood geschilderd. De treinstellen uit de MS56-serie (MS: motorstel, vaak ook AM naar het Franse automotrice) zijn opgebouwd uit roestvrij staal en zijn nooit volledig beschilderd. De meeste tweetjes werden gebouwd door La Brugeoise et Nivelles, Brugge (nu Bombardier) en hebben een elektrische installatie van ACEC, Charleroi (nu Alstom). Zes stellen zijn in 1970 gebouwd voor Sabena om te gebruiken op de toen pas geëlektrificeerde lijn Brussel – Luchthaven Brussels Airport. 15 stellen uit de serie MS54 zijn in 1988 omgebouwd tot posttreinstellen voor De Post.
De treinstellen hebben een asindeling (A1)(1A) + (A1)(1A) en worden aangedreven door vier elektromotoren (in elk draaistel een). Vanaf MS66 heeft het materieel een maximale snelheid van 140 km/h (daarvoor 130 km/h) en werd de tweebeenpantograaf vervangen door eenbeenpantograaf.
Bij de reeksen MS70JH en eerder worden de tractiemotoren aangestuurd met rijweerstanden en een Jeumont-Heidmann-schakelwals (vandaar: JH).[2] Vanaf serie MS70TH (nummer 665 en hoger) worden de tractiemotoren aangestuurd met thyristor-choppers van ACEC Charleroi.[1] De reeksen met choppers zijn in Duitsland niet toegelaten. Voor de L-09 / 5000-dienst voert de Duitse bovenleiding tot Aachen Hbf 3000 V gelijkspanning (zoals in België), waar in de rest van Duitsland 15 kV wisselspanning gebruikt wordt.
De klassieke motorstellen zijn in treinschakeling koppelbaar met de MS75 ('Varkensneus'), die ook uitgerust is met een semiautomatische koppeling henricot. Hoewel de MS75 technisch tot de klassieke motorstellen behoort, wordt die daar in het spraakgebruik niet toe gerekend.
De treinstellen zijn gebouwd voor gebruik op 3000 volt gelijkspanning. Omdat op het Nederlandse net maar 1500 volt gebruikt wordt, kunnen deze stellen ook in Nederland rijden, zij het op halve kracht. Hierdoor kunnen de treinen ingezet worden voor de L-trein-diensten naar Nederland, al werd deze mogelijkheid in 2012 enkel nog benut op de lijn Luik-Guillemins - Maastricht. Eind 2012 werden de treinstellen op dit traject vervangen door de MS80. Op Lijn 12 Antwerpen - Roosendaal rijden de huidige stellen enkel in geval van uitval van een stel uit de reeks MS75 en dan wordt de trein beperkt tot Essen wegens problemen met het vrijeruimteprofiel bij de Roosendaalse perrons. De MS 001 tot 049, die veel hoger waren, konden wel zonder problemen Roosendaal aandoen.
Het materieel heeft in tweede klasse de traditionele 2+3-opstelling van de banken. Bij maximale bezetting van alle zitplaatsen zit men daardoor vrij krap, terwijl er bij een lagere bezetting een 1+2-opstelling ontstaat die juist veel ruimer is. In eerste klasse is de opstelling 2+2.
Vanwege de leeftijd beschikt dit materieel niet over modern comfort zoals airconditioning of een gesloten toiletsysteem. Wel hebben deze treinstellen een uitgebreide verwarmingsinstallatie, die zich als een groot blok onder de zitplaatsen bevindt, waardoor ze op koude winterdagen toch nog comfortabel warm zijn, in tegenstelling tot andere treinstellen.
Sinds 1999 werden de reeksen MS66 tot 74 gemoderniseerd en in de NMBS New Look-huisstijl (wit-grijs) geschilderd. Hierbij werd ook het interieur van de grond af aan opnieuw opgebouwd.
Een aantal klassieke stellen werden ook gemoderniseerd en aangepast tot CityRail-stellen die later ook op het GEN dienstdeden. Deze stellen zijn gelijkaardig aan de andere gemoderniseerden, met uitzondering van elektronische aankondigers, compartimenten met staanplaatsen, een aangepaste kleur en enkele technische details (zoals sluitseinen met leds en een statische omvormer). Vanaf 2019 werden deze stellen ontdaan van hun CityRailkleuren en terug omgevormd naar de NMBS New Look-kleuren.
Elk klassiek motorstel heeft aan de kopeinden een intercirculatiedeur, waardoor het mogelijk is van het ene treinstel naar het andere te lopen (zoals bij de MS96). De treinbestuurder zit rechts in een klein hokje naast de doorloopkop. Nadat twee stellen gekoppeld zijn, wordt de doorgang gecreëerd door de kopdeuren te ontgrendelen, de voetplaten uit te klappen en de vouwbalgen tegen elkaar te plaatsen. Wanneer een stel niet gekoppeld is, zijn de deuren aan de uiteinden vergrendeld. Ook als een motorstel gekoppeld met MS75 (zonder doorloopmogelijkheid) rijdt, blijft de doorloopkop ingeklapt en op slot.
Alle motorstellen hebben aan één uiteinde een bagageafdeling achter de doorloopkop. Theoretisch zouden alle motorstellen in dezelfde richting georiënteerd staan (met de bagageafdeling aan de zuidkant op de Brusselse Noord-Zuidverbinding). Hierdoor zou een tweedeklasseafdeling altijd aan een bagageafdeling gekoppeld zijn. Omdat de bagageafdeling niet vrij toegankelijk is voor reizigers, zouden zij in theorie nooit gebruik kunnen maken van de doorloopmogelijkheid. In de praktijk komt het echter dikwijls voor dat stellen na het afleggen een bepaalde route omgekeerd uitkomen. Enkel als twee gekoppelde stellen met de tweedeklasseafdelingen naar elkaar toe staan, kunnen reizigers van het ene stel naar het andere lopen.
In hun beginjaren reden de klassieke motorstellen alle elektrische IC-verbindingen (toen nog Direct genoemd) waar geen getrokken treinen op reden. Met de komst van MS80 (Break) en later de MS96 (Deense neus) werden de 'tweetjes' meer en meer verdreven van de IC- en IR-verbindingen en aldus steeds vaker ingezet als L-trein en P-trein. Met de komst van de MS08 (Desiro ML) worden ze ook steeds minder ingezet op de L-verbindingen. Men kan men ze vooral vinden op L-verbindingen in Wallonië (L -04, -15, -19 & -31) en de S-netten van Luik en Charleroi (S41, S61, S62)
In 2024 rijden alleen de MS70JH (642, 648, 655, 660, 662 en 663) en MSCR's (960, 965, 971, 988, 991, 997) nog rond.[3] Deze stellen zijn allemaal gemoderniseerd. De MS62's, MS63's, MS65's en MS70 Airports, die niet gemoderniseerd waren, zijn in 2012-2013 uit dienst gegaan. Sinds 2014-2015 worden ook gemoderniseerde motorstellen buiten dienst gesteld.
De 624 ging begin december 2023 uit dienst. Dit was tevens het laatste stel van de serie met bouwjaar 1966 dat in dienst was. De resterende MS70JH-, de MS73- en de CityRail-stellen zullen wellicht in de loop van 2024 uit dienst gaan.[bron?] De 624 en de 660 worden bewaard. Op 6 februari 2024 ging stel 731 uit dienst als laatste uit de reeks MS73.
Begin januari 2024 werden de 624 en 660 weer in dienst gesteld wegens materieeltekort. Ook de 642 en de 663 werden opnieuw ingezet. Op 6 maart 2024 ging motorstel 624 opnieuw uit dienst.
Een deel van de klassieke motorstellen — voornamelijk stellen uit de series 54, 55 en 56 — zijn aan Italiaanse particuliere spoorwegmaatschappijen verkocht.[4] Anno 2024 worden de treinstellen daar niet meer in actieve dienst aangetroffen.
Het getal in het serienummer staat voor het bouwjaar. Tot 1 januari 1971 werd de typenummering gebruikt waarbij de motorstellen in het type 228 waren ingedeeld. Vanaf 1 januari 1971 wordt het reeksnummer gebruikt. Hierbij vervalt de typeaanduiding en blijft het volgnummer van drie cijfers behouden. De motorstellen '39 en '46 hebben ook nog stelnummers gehad, aansluitend op de stelnummers van de stellen '35: 13 tot 20 (MS39) en 21 (MS46).[5][6]
Serie | Foto | Nummers | Aantal | Max. snelheid | Vermogen | Lengte | Massa | Zitplaatsen | Uit dienst | Opmerkingen |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
MS39 | 001-008 | 8 | 130 km/h | 840 kW | 43.040 m | 101 ton | 143
30 1e klas |
1978 | Hoogperronmotorstellen | |
MS46 | 009 | 1 | 140 km/h | 830 kW | 43,3xx m | 110 ton | 164
24 1e klas |
1978 | Prototype en pseudo-hogesnelheidsmotorstel dat met 140 km/h kon rijden. Hoogperronmotorstel | |
MS50 | 010-034 | 25 | 130 km/h | 620 kW | 44.402 m | 117 ton | 170
32 1e klas |
1995 | Vrijwel identiek aan MS53. Hoogperronmotorstellen | |
MS51 | 501 Later 050 |
1 | 45,78x m | 98,5 ton | 161
42 1e klas |
1978 | Later vernummerd naar 050, nummer vrijgekomen wegens hernummering originele 050 in 062. Hoogperronmotorstel | |||
MS53 | 035-049 | 15 | 44,402 m | 116 ton | 170
32 1e klas |
1995 | Vrijwel identiek aan MS50. Hoogperronmotorstellen | |||
MS54 | 050-128 | 79 | 45.280 m | 106 ton | 185
31 1e klas |
1995 | 050 is hernummerd naar 062 na brand van de oorspronkelijke 062 in februari 1971. 15 stellen zijn omgebouwd tot posttrein in 1988. Treinstel 106 reed rond 2004 als meettrein voor TBL. | |||
MS55 | 502-539 | 38 | 45,680 m | 105 ton | 181
45 1e klas |
1995 | ||||
MS56 | 129-150 | 22 | 45,280 m | 101,5 ton | 185
31 1e klas |
2000 | Beplating van RVS, zijn niet geverfd | |||
MS62 MS63 MS65 |
151-210 211-250 251-270 |
60 40 20 |
735 kW | 46,575 m | 101 ton | 180
28 1e klas |
2013 | 151 hernummerd naar 050 eind jaren 90 wegens testen asynchrone motoren | ||
MS66 MS70JH MS70TH |
601-640 641-664 665-676 |
40 24 12 |
140 km/h | 770 kW | 46,615 m | 101 ton | 180
28 1e klas |
Gepland 2024 | Vanaf 665 zijn alle stellen uitgerust met thyristor-choppers. In 2006-2008 zijn alle MS70TH-stellen, behalve de 672, gemoderniseerd tot MSCR. | |
MS70 Airport | 801-806 Later 595-600 |
6 | 121 ton | 118
32 1e klas |
2013 | Gebouwd voor diensten naar Brussels Airport-Zaventem, met een extra ruimte voor bagage. | ||||
MS73 MS74 MS78 MS79 |
677-706 707-730 731-756 757-782 |
30 24 26 26 |
107,5 ton | 178
28 1e klas |
2024 | In 2006-2008 zijn MS73 (677 t/m 683) en MS74 (alle behalve 709 en 716) gemoderniseerd tot MSCR. | ||||
MSCR 'CityRail' |
960-999 | 40 | Gemoderniseerde MS70TH, MS73 en MS74. | Gepland 2024 | Vanaf 2019 werden deze stellen ontdaan van hun CityRailkleuren en omgevormd naar de NMBS New Look-kleuren. |
Seamless Wikipedia browsing. On steroids.
Every time you click a link to Wikipedia, Wiktionary or Wikiquote in your browser's search results, it will show the modern Wikiwand interface.
Wikiwand extension is a five stars, simple, with minimum permission required to keep your browsing private, safe and transparent.