Loading AI tools
Geschiedenis van de elektrificatie van spoorlijnen in België Van Wikipedia, de vrije encyclopedie
De elektrificatie van spoorlijnen in België begon in 1931. Al veel eerder zijn sommige buurtspoorwegen onder de draad gebracht en de meeste steden hadden al voor Eerste Wereldoorlog elektrische tramnetten.
1931: De Brussel – Tervuren spoorlijn is in 1929 verkocht aan de Algemene Maatschappij van Elektrische en Industriële Bedrijven (het latere Electrabel), die de spoorlijn als testlijn in België wilde gebruiken voor de elektrificatie van een spoorlijn.[1] De maatschappij elektrificeerde de lijn met 1500 V en moderniseerde de spoorlijn. De elektrische treindienst is in 1931 opgestart en kende een groot succes. Aan het einde van de Tweede Wereldoorlog waren er drie miljoen reizigers per jaar. De reizigerstreindienst is opgeheven in 1958.
1935: Na een grondige ombouw naar een expreslijn werd de hoofdlijn Brussel-Noord – Mechelen – Antwerpen-Centraal geëlektrificeerd met 3000 V gelijkspanning, die toegepast zal worden op alle Belgische spoorlijnen in de twintigste eeuw. Exact 100 jaar na de eerste treinrit, op 5 mei 1935, reed de eerste elektrische trein (Type 1935), met koning Leopold III aan boord, en haalde 120 kilometer per uur. Het traject duurde 31 minuten, met de halte in Mechelen inbegrepen.
Na de oorlog en de herstelwerkzaamheden van de oorlogsschade werd de elektrificatie van het Belgisch spoornet hervat. De eerste prioriteit was om elektrische goederentreinen te kunnen inzetten tussen de haven van Antwerpen en Charleroi. Hiervoor werden de eerste twintig elektrische locomotieven Type 49 besteld ten behoeve van de goederentreinen.
De volgende prioriteit was de hoofdas Oostende – Brussel – Luik:
Aanvullend:
De hoofdas Brussel – Luxemburg, een spoorlijn met veel hellingen waar de elektrische tractie beter geschikt is dan stoomtractie:
Internationale verbindingen:
Aanvullend op de hoofdas Brussel – Luxemburg:
De Waalse spooras Luik - Namen - Charleroi - Bergen - Doornik - Moeskroen (de ontbrekende schakels elektrificeren):
De Vlaamse spooras (Antwerpen) - Gent - Kortrijk - Moeskroen - Rijsel:
In de Kempen:
Laatste spoorlijn dicht bij Brussel:
In de provincie Luik:
Rond Mechelen:
In Henegouwen:
Rond Geraardsbergen:
Rond Kortrijk:
Met wisselspanning 25 kV:
Nieuwe spoorlijnen in 1990 t/m 1999:
Nieuwe spoorlijnen:
Alle treindiensten worden gereden met MW41-dieseltreinstellen.
Bij de elektrificaties voor de Tweede Wereldoorlog werden voor de reizigersdienst elektrische treinstellen ingezet. Er waren zelfs tot 1949 geen elektrische locomotieven, dus ook geen goederenvervoer met elektrische tractie. Bij de eerste grote elektrificaties van de jaren vijftig, Antwerpen-haven - Charleroi en Brussel - Luxemburg waren vooral gericht op het goederenvervoer en er werden elektrische locomotieven ingezet. De eerste twintig elektrische locomotieven van het type 101 voor goederentreinen hadden maar een maximumsnelheid van 100 km/u. Daarnaast waren er maar drie locomotieven van het type 120 voor reizigerstreinen met een maximumsnelheid van 130km/u. De elektrische locomotieven vervingen in die tijd vooral stoomlocomotieven, die nog veelvuldig gebruikt werd ook in de reizigersdienst. Alleen bij de kleinere nevenlijnen werden motorwagens ingezet voor de reizigersdienst.
Naast de elektrificatie van spoorlijnen waren er nog twee ontwikkelingen die van grote invloed waren op de inzet van het treinmaterieel:
Het rijden in treinschakeling van de elektrische treinstellen gaf een grote flexibiliteit in de exploitatie ten opzichte van de getrokken dieseltreinen. Ook het kunnen combineren en splitsen naar verschillende bestemmingen is een groot voordeel.
De elektrificatie in België met 25 kV wisselspanning maakte het noodzakelijk om nieuwe tweespanningmotorstellen MS08 te bestellen. Op de hogesnelheidslijn Leuven - Luik wordt met tweespanninglocomotieven gereden geschikt voor 200 km/u en het TBL 2-beveiligingssysteem. Op de met 25 kV geëlektrificeerde lijnen in de Ardennen, waren er geen geschikte elektrische treinstellen en werd er noodgedwongen met motorwagens onder de draad gereden. Tevens was er de noodzaak om op pendeldienst op de HSL Antwerpen - Noorderkempen, die uitgevoerd werd twee gekoppelde trek-duwtreinen, te vervangen. Bij deze trein waren de locomotieven aan elkaar gekoppeld in het midden, zodat de stuurstandrijtuigen die voorzien zijn van ETCS in beide rijrichtingen gebruikt konden worden. Om aan deze behoeftes te voldoen werden vanaf 2011 de tweespanning-MS08 geleverd.
Er rijden treinen die tijdens het remmen energie terugvoeren in de bovenleiding, waaronder de Desiro[8] en het locomotieftype HLE 23. Dit is vooral van belang bij de vele lange afdalingen op het Belgisch spoornet in het zuiden. Er wordt rechtstreeks windenergie geleverd aan de bovenleiding.
In 1935 reden de eerste elektrische treinstellen met een maximumsnelheid van 120 km/u. Het treinmaterieel dat geleverd werd voor het reizigersvervoer vanaf 1949, heeft een maximumsnelheid van 130 km/u. Pas in 1966 werden de eerste treinstellen (MS66) geleverd met een maximumsnelheid van 140 km/u, wat de norm werd voor alle leveringen daarna. Op Brussel - Bergen konden internationale treinen sneller rijden dan 140 km/u.
De volgende snelheidsverhoging kwam met de levering, vanaf 1981, van de Break-treinstellen die 160 km/u aan kunnen. Bij de elektrificatie van sommige spoorlijnen zoals Gent - Kortrijk (1980) werd al 160 km/u voorzien. Daarna volgden de treinstellen MS96 (1996) en Desiro (2011). De spoorlijnen Gent - Kortrijk en Brussel (vanaf Liedekerke) - Oostende en Brussel - Bergen zijn geschikt voor 160 km/u. De expressporen van Brussel - Leuven zijn geschikt voor 200 km/u en de buitensporen voor 160 km/u. Op het hogesnelheidstraject Leuven - Ans kunnen binnenlandse treinen onder 25 kV wisselspanning rijden met 200 km/u. (alleen getrokken treinen). Op de nieuwe spoorlijn 25N rijden de binnenlandse treinen maximaal 160 km/u.
Seamless Wikipedia browsing. On steroids.
Every time you click a link to Wikipedia, Wiktionary or Wikiquote in your browser's search results, it will show the modern Wikiwand interface.
Wikiwand extension is a five stars, simple, with minimum permission required to keep your browsing private, safe and transparent.