Lijst van spaceshuttlemissies

Wikimedia-lijst Van Wikipedia, de vrije encyclopedie

Lijst van spaceshuttlemissies

In dit artikel volgt een lijst van missies gevlogen door spaceshuttles.

Thumb
Eerste lancering van een ruimteveer, 1981

Tot nu toe (2016) zijn alleen de Verenigde Staten erin geslaagd een bemand spaceshuttleprogramma op te zetten. De Sovjet-Unie heeft eind jaren tachtig gepoogd een eigen programma op te starten, maar slaagde daar niet in vanwege het hoge kostenplaatje.[1] Ook de Europese ruimtevaartorganisatie ESA heeft plannen gehad om een eigen bemand ruimteveer te bouwen met de naam Hermes.[2]

Aanduiding van een missie

Samenvatten
Perspectief

Missies van Amerikaanse spaceshuttles hebben al sinds 1981, het begin van het shuttletijdperk, een kenmerkende aanduiding. Het is echter zo dat de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA niet altijd hetzelfde systeem heeft gehanteerd om een missie een naam te geven.[3]

Eerste jaren

De officiële naam van het Amerikaanse ruimteveer is Space Transportation System, afgekort tot STS. Dit vormt het standaard voorvoegsel van elke shuttlemissie. De eerste negen missies kregen vervolgens gewoon een nummer, bijvoorbeeld STS-1: de allereerste missie. Zoals de NASA in het verleden altijd al had gedaan, kenden de Amerikanen de missiesnummers toe in lanceervolgorde.[3] Mocht dus om een of andere reden STS-9 eerder komen te vliegen dan STS-8, dan zou STS-9 de aanduiding STS-8 krijgen, en vice versa.

Thumb
Ruimteveer Enterprise staat klaar op het lanceerplatform bij Vandenberg voor tests

Midden jaren tachtig

De shuttle had zich na negen missies meer dan genoeg bewezen; de NASA vond het tijd om de ogen op de toekomst te richten. De toekomstplannen hielden onder meer in dat er ook shuttles vanuit lanceerbasis Vandenberg in Californië gelanceerd zouden worden - wat als voordeel had dat er ook polaire satellieten met de shuttle gelanceerd konden worden. Ging men door met het bekende systeem, dan kon men aan de hand van de benaming totaal niet weten waar en wanneer de missie gelanceerd werd. Het was tijd voor een nieuw systeem. In 1984 voerde de NASA dat systeem in.

Het voorvoegsel STS werd behouden. Nieuw was dat het eerste cijfer zou gaan verwijzen naar het fiscaal jaar sinds het begin van het shuttleprogramma. Een Amerikaans fiscaal jaar loopt van oktober tot en met september. Het tweede cijfer verwees naar de locatie van de lancering. Voor het Kennedy Space Center (KSC) was dit 1 en voor Vandenberg 2. Het geheel werd gecompleteerd door een koppelteken en een letter. De letter verwees naar de lanceervolgorde volgens de eerste planning. Deze kon dus afwijken van de daadwerkelijke volgorde door vertragingen en dergelijke.[3]

Voorbeeld: missie STS-51-B. De 5 in deze missiebenaming staat voor het fiscale jaar van oktober 1984 tot en met september 1985. De 1 geeft aan dat de lancering plaatsvond vanaf het KSC en de B wijst erop dat de missie de tweede gefinancierde missie van dat fiscale jaar was. Uiteindelijk werd STS-51-B pas na STS-51-C en STS-51-D gevlogen; de volgorde van de aanduiding viel niet samen met de daadwerkelijke lanceervolgorde.

Andere voorbeelden: als het systeem zou zijn aangehouden, dan zou de derde vlucht vanaf KSC in het fiscaal jaar eindigend in september 1999 de aanduiding STS-191-C gekregen hebben en de eerste van het fiscaal jaar startend in oktober 2003 STS-241-A.

De gevolgen van de ramp met de Challenger

Alles ging goed tot 28 januari 1986. De eerste missie die gelanceerd zou worden vanuit Californië kwam steeds dichterbij en maar liefst vijftien missies waren gepland in 1986.[4] Alles liep op rolletjes en men hoopte de vijfentwintigste lancering van een ruimteveer feestelijk te kunnen vieren. Het tegengestelde gebeurde. 73 seconden na de lancering desintegreerde de Challenger en de bemanning kwam om het leven.

Alle missies werden uitgesteld tot het onderzoek naar de ramp was afgerond en eventuele aanpassingen aan de shuttle gedaan waren. De adviescommissie constateerde dat de ramp het gevolg was van onder andere miscommunicatie en laksheid bij de NASA. Het roer moest om. NASA schrapte enkele toekomstplannen, waaronder de plannen omtrent lanceerbasis Vandenberg. Mede hierdoor werd de oude aanduiding in ere hersteld. Als erfenis van het systeem tussen 1984 en 1986, werd de volgorde van de aanduiding echter niet langer veranderd als missies eerder of later kwamen te vliegen. Zo werd vlucht STS-107, die ook in een ramp eindigde, pas na de missies STS-108 tot en met STS-113 gevlogen.

Reddingsmissies

Na de ramp met het ruimteveer Columbia in 2003, riep de NASA zogenaamde Launch on Need (LON) missies in het leven. Deze missies waren bedoeld om de bemanning van een spaceshuttle te redden, als hun eigen shuttle zodanig beschadigd zou zijn geraakt dat terugkeer te onveilig zou zijn. De LON-missies zijn nooit nodig geweest.

Voor STS-114 en STS-121, de eerste twee missies na de Columbiaramp, bestond de aanduiding STS-300 voor de reddingsmissie. Daarna ging NASA de reddingsmissies missiegebonden maken: STS-318 was bijvoorbeeld de reddingsmissie voor STS-117.

Sinds STS-124 is het niet meer nodig een reddingsmissie aan te duiden voor missies naar het internationaal ruimtestation ISS, omdat het ISS sinds die missie voldoende capaciteit heeft om de bemanning van een gestrande missie in leven te houden tot de volgende missie. Wel was er nog een reddingsmissie gepland voor de laatste missie naar de ruimtetelescoop Hubble, daar een eventueel gestrand ruimteveer in dat geval niet zou kunnen uitwijken naar het ISS. Daarnaast is een reddingsmissie voor de laatste shuttlemissie ook gepland.

De lijst

Loading related searches...

Wikiwand - on

Seamless Wikipedia browsing. On steroids.