De samenstelling van de Tweede Kamer der Staten-Generaal 1818-1821 biedt een overzicht van de Tweede Kamerleden in de periode tussen oktober 1818 en oktober 1821. De zittingsperiode ging in op 20 oktober 1818 en eindigde op 15 oktober 1821.
Er waren toen 110 Tweede Kamerleden, die verkozen werden door de Provinciale Staten van de 18 provincies van het toenmalige Verenigd Koninkrijk der Nederlanden. Tweede Kamerleden werden verkozen voor een periode van drie jaar. Elk jaar werd een derde van de Tweede Kamer vernieuwd.
Regeringsgezinden (79 zetels)
Zuid-Nederlandse oppositionelen (23 zetels)
Financiële oppositie (5 zetels)
Onafhankelijken (2 zetels)
Gematigde liberalen (1 zetel)
- Bij de verkiezingen van 1818 werden 37 Tweede Kamerleden gekozen. Zij werden op 20 oktober 1818 geïnstalleerd.
- François Pierre Guillaume van Schuylenburg (regeringsgezinden), in 1816 verkozen door de Provinciale Staten van Holland, overleed op 13 september 1818, voor aanvang van de zittingsperiode. Bij de verkiezingen van 1819 werd Willem Mogge Muilman verkozen als zijn opvolger, maar die besloot zijn benoeming niet aan te nemen. Diens opvolger Wilhem Willink besloot eveneens niet te zetelen. Vervolgens verkozen de Provinciale Staten van Holland Antoine Warin (financiële oppositie) als Tweede Kamerlid, hij werd op 15 maart 1820 geïnstalleerd.
1818
- 6 november: Theodoor Jan Roest van Alkemade (regeringsgezinden) overleed. Bij de verkiezingen van 1819 werd Cornelis Theodorus Elout verkozen als zijn opvolger, maar die besloot zijn benoeming niet aan te nemen. Vervolgens werd Alexander van Rhemen van Rhemenshuizen verkozen, die op 15 maart 1820 werd geïnstalleerd.
1819
- 25 mei: Albert de Codt (regeringsgezinden) overleed. De Provinciale Staten van West-Vlaanderen verkozen François de Langhe als zijn opvolger, hij werd op 19 oktober dat jaar geïnstalleerd.
- Bij de verkiezingen dat jaar werd het mandaat van 37 Tweede Kamerleden vernieuwd. Volgende Tweede Kamerleden waren geen kandidaat meer of werden niet herkozen: Adolf Carel Bentinck van Nijenhuis (regeringsgezinden) in Overijssel, Leonard du Bus de Gisignies en Benedictus Josephus Holvoet (beiden regeringsgezinden) in West-Vlaanderen, Jan Clifford, Archibald Hope, Frederik Bernard s'Jacob (allen regeringsgezinden) en Elias Canneman (gematigde liberalen) in Holland, François Joseph Colins van Ham (regeringsgezinden) in Henegouwen, Carel Æmilius Els Collot d'Escury (regeringsgezinden) in Friesland, Johan Antoon Christiaan van Panhuys (regeringsgezinden) in Limburg, Pierre Joseph De Paul de Maibe (regeringsgezinden) in Namen, Lambert de Pitteurs de Budingen (regeringsgezinden) en Louis Philippe Marie Joseph de Goër de Herve (Zuid-Nederlandse oppositionelen) in Luik, François-Jean de Spoelberch (regeringsgezinden) en Charles Florent Joseph de Maleingreau d'Hembise (onafhankelijk) in Zuid-Brabant, Charles de Tornaco (regeringsgezinden) in Luxemburg, Ignatius de Vinck de Wesel (regeringsgezinden) in Antwerpen, Charles de Vaernewyck d'Angest (regeringsgezinden) en Joannes Franciscus Laurentius Tack (Zuid-Nederlandse oppositionelen) in Oost-Vlaanderen. Hun mandaat liep af op 18 oktober 1819.
- Hun opvolgers waren respectievelijk Johan van Lochteren Stakebrant, Ange Angillis (beiden regeringsgezinden), Joseph Mesdach de ter Kiele (Zuid-Nederlandse oppositionelen), Pieter Samuël Dedel (financiële oppositie), Gerardus Andreas Martinus van Bommel, Lodewijk van Toulon, Johannes Cornelis van der Kemp, Ernest du Chastel, Adriaan Gilles Camper, Pierre de Leonaerdts (allen regeringsgezinden), François Pirson (Zuid-Nederlandse oppositionelen), Jean Ernest Philibert Albert de Hemricourt de Ramioulle, Denis de Mélotte d'Envoz, Joseph de Snellinck (allen regeringsgezinden), Henri van den Hove, François Sebastien Tinant (beiden Zuid-Nederlandse oppositionelen), Karel Joseph Geelhand Della Faille, Henricus Antonius Jacobus Liefmans (beiden regeringsgezinden) en Wijnand Goelens (Zuid-Nederlandse oppositionelen). De meesten werden op 19 oktober 1819 geïnstalleerd, Goelens op 10 november, Tinant op 30 november en Pirson op 20 december dat jaar.
- 18 oktober: Gerard Nagelmackers (Zuid-Nederlandse oppositionelen) vertrok uit de Tweede Kamer. De Provinciale Staten van Luik verkozen Jean-François Géradon als zijn opvolger, hij werd een dag later geïnstalleerd.
1820
- 5 februari: Adriaan Gilles Camper (regeringsgezinden) overleed. De Provinciale Staten van Friesland verkozen Frans Julius Johan van Scheltinga als zijn opvolger, hij werd op 20 maart dat jaar geïnstalleerd.
- 6 februari: Gérard d'Onyn de Chastre (regeringsgezinden) vertrok uit de Tweede Kamer. De Provinciale Staten van Zuid-Brabant verkozen Yves Joseph Poullet als zijn opvolger, hij werd op 15 maart 1820 geïnstalleerd.
- 6 februari: Johannes Baptist Josephus Ghislenus Plasschaert (Zuid-Nederlandse oppositionelen) nam ontslag om gezondheidsredenen. De Provinciale Staten van Zuid-Brabant verkozen Jean-Baptiste Dumonceau (regeringsgezinden) als zijn opvolger, hij werd op 15 maart 1820 geïnstalleerd.
- Bij de verkiezingen dat jaar werd het mandaat van 36 Tweede Kamerleden vernieuwd. Volgende Tweede Kamerleden waren geen kandidaat meer of werden niet herkozen: François Joseph Du Bus en Stanislas Charles de Troye (beiden regeringsgezinden) in Henegouwen, Emmanuel Carel Van der Meersch en Paul Norbert Tack (beiden regeringsgezinden) in Oost-Vlaanderen, Petrus Mesmaekers en Antoon Philips Joseph de Moor (beiden regeringsgezinden) in Antwerpen, Jean-Baptiste Serruys (regeringsgezinden) in West-Vlaanderen, Jan Diederik van Tuyll van Serooskerken (regeringsgezinden) in Noord-Brabant, Pierre Joseph Collard (Zuid-Nederlandse oppositionelen) in Luxemburg, Jean-François Hennequin (Zuid-Nederlandse oppositionelen) in Limburg en Jean-Baptiste d'Omalius-Thierry (Zuid-Nederlandse oppositionelen) in Luik. Hun mandaat liep af op 16 oktober 1820.
- Hun opvolgers waren respectievelijk François de Sécus, Charles Le Cocq (beiden Zuid-Nederlandse oppositionelen), Philippe de Burbure de Wesembeek, Franciscus Livinus De Rouck, Joseph Werbrouck, Walterus Franciscus Van Genechten, Felix Joseph Frans de Ghelcke, Andreas Josephus Henricus Leheu, Antoine Florent Albert Desprez, Guillaume Dominique Aloys Kerens de Wolfrath en Pierre Thomas Nicolaï (allen regeringsgezinden). Zij werden op 17 oktober dat jaar geïnstalleerd.
1821
- 23 mei: Pieter Govert van Iddekinge (regeringsgezinden) overleed. De Provinciale Staten van Groningen verkozen Tammo Sypkens als zijn opvolger, hij werd op 19 juni dat jaar geïnstalleerd.
- 9 juni: Jean-François Géradon (Zuid-Nederlandse oppositionelen) vertrok uit de Tweede Kamer. In deze zittingsperiode werd niet meer in vervanging van zijn vacature voorzien.
- 10 augustus: François Joseph Meeus (Zuid-Nederlandse oppositionelen) overleed. In deze zittingsperiode werd niet meer in vervanging van zijn vacature voorzien.
Bronnen, noten en/of referenties
Verkozen door de Provinciale Staten van Limburg.
Verkozen door de Provinciale Staten van Groningen.
Gekozen bij de verkiezingen van 1816 of als opvolger van een gekozene bij die verkiezingen.
Verkozen door de Provinciale Staten van Friesland.
Verkozen door de Provinciale Staten van Overijssel.
Verkozen door de Provinciale Staten van Zeeland.
Gekozen bij de verkiezingen van 1817 of als opvolger van een gekozene bij die verkiezingen.
Verkozen door de Provinciale Staten van Holland.
Verkozen door de Provinciale Staten van Oost-Vlaanderen.
Zijn installatie vond plaats op 6 november 1818.
Verkozen door de Provinciale Staten van Noord-Brabant.
Verkozen door de Provinciale Staten van Henegouwen.
Verkozen door de Provinciale Staten van West-Vlaanderen.
Verkozen door de Provinciale Staten van Antwerpen.
Verkozen door de Provinciale Staten van Gelderland.
Verkozen door de Provinciale Staten van Drenthe.
Werd pas op 19 oktober 1819 geïnstalleerd.
Verkozen door de Provinciale Staten van Namen.
Verkozen door de Provinciale Staten van Zuid-Brabant.
Verkozen door de Provinciale Staten van Utrecht.
Verkozen door de Provinciale Staten van Luik.
Verkozen door de Provinciale Staten van Luxemburg.
Werd op 15 maart 1820 geïnstalleerd als opvolger van de op 13 september 1818 overleden François Pierre Guillaume van Schuylenburg.