Remove ads
Van Wikipedia, de vrije encyclopedie
De INES-schaal (International Nuclear and Radiological Event Scale, Internationale schaal van nucleaire gebeurtenissen[1]) werd ingevoerd in 1990 door het Internationaal Atoomenergieagentschap (IAEA), zodat er naar het publiek gecommuniceerd kon worden over de ernst van een kernongeval of incident in een (civiele) nucleaire installatie.
De INES-schaal is geïnspireerd door de schaal van Richter, die wordt gebruikt voor de intensiteit van aardbevingen. Elke verhoging van het niveau vertegenwoordigt een ongeval tien keer ernstiger dan het vorige niveau. Echter, in tegenstelling tot bij aardbevingen (waarbij de intensiteit kwantitatief kan worden beoordeeld), is het niveau van een door de mens veroorzaakte ramp, zoals een nucleair ongeval, afhankelijk van interpretatie. Omdat het moeilijk is deze gegevens te interpreteren, wordt het INES-niveau vaak pas geruime tijd na het incident vastgesteld. Daarom heeft de schaal geen assisterend vermogen bij de directe hulpverlening.
De criteria en indicatoren zijn vastgesteld door een internationaal panel van experts, bijeengeroepen in 1989 door het IAEA en het kernenergieagentschap van de OESO.[2] Er zijn 7 niveaus op de INES-schaal: 3 voor incidenten en 4 voor ongevallen.[3]
Het niveau op de schaal wordt bepaald op grond van drie deelaspecten:[4]
Van belang hier is de daadwerkelijke blootstelling van personen in of in de nabijheid van de installatie, en onvoorziene uitstoot van radioactief materiaal.
Lozingen van radioactieve stoffen in het milieu leiden tot een INES-niveau 4 tot en met 7, afhankelijk van de schaal van de lozing.
Onvoorziene bestraling of besmetting van personen leidt tot een INES-niveau 1 tot en met 5, afhankelijk van het aantal personen en de stralingsdosis waaraan zij blootgesteld zijn. Een voorbeeld hiervan is de bestraling van een operator van een bedrijf dat radio-istopen maakt in Fleurus (INES niveau 4[5]).
Het gaat hier om het insluiten en afschermen van radioactief materiaal en stralingsbronnen. Dit aspect heeft alleen betrekking op goed afgebakende nucleaire installaties waar men een goed onderscheid kan maken tussen on-site en off-site, en waar potentieel een voldoende grote uitstoot van radioactiviteit kan plaatsvinden om die als niveau 5 of hoger in te schalen. Deze categorie omvat dan alleen incidenten en ongelukken die beperkt blijven tot het terrein van de installatie en geen impact daarbuiten hebben.[6]
Zulke gebeurtenissen worden dan ingeschaald van 2 tot en met 5. Een voorbeeld hiervan is het kernongeval van Three Mile Island (INES-niveau 5) omdat er een kernsmelting optrad waarbij een aanzienlijke hoeveelheid materiaal uit de reactorkern vrijkwam, waarvan de effecten evenwel grotendeels tot het reactorvat beperkt bleven.
Deze categorie vult een lacune op die zou ontstaan wanneer men alleen zou kijken naar daadwerkelijke blootstelling/uitstoot (people and environment) en aantasting van de defence-in-depth (wat niet hoger kan worden ingeschaald dan 3).[6]
Iedere nucleaire installatie heeft verschillende redundante veiligheidsvoorzieningen, die als het ware verschillende verdedigingslagen vormen om te voorkomen dat ongewenste voorvallen een impact kunnen hebben op de installatie en diens omgeving (defence-in-depth, 'diepteverdediging'). Gebeurtenissen die een van deze 'lagen' aantasten, geven aanleiding tot een INES-niveau 1 tot en met 3.
Hieronder vallen onder meer incidenten zoals met de kerncentrale Forsmark in 2006, waarbij verschillende noodstroomsystemen het lieten afweten.[7]
Voor niveaus lager dan 2 is internationale vergelijking lastig, omdat de precieze inschaling afhangt van de lokale en nationale autoriteiten. Dit geldt in het bijzonder voor niveau 0: dit zijn incidenten die niet op de schaal staan, maar ter plaatse wel meldingsplichtig zijn. Gebeurtenissen van niveau 2 en hoger zijn anderzijds weer tamelijk zeldzaam, zodat ook hier moeilijk conclusies kunnen worden getrokken op basis van jaarlijkse cijfers.
De hoogste schaal bevat de rampen waarbij een grote hoeveelheid radioactief materiaal is vrijgekomen, met grootschalige gezondheids- en milieueffecten tot gevolg. Om een dergelijke ramp te bedwingen zijn verstrekkende noodmaatregelen nodig. Volgens de normen van het IAEA wordt een ongeval op INES-niveau 7 ingeschaald wanneer de totale uitstoot overeenkomt met enkele tienduizenden terabecquerel (TBq) 131I-equivalent of meer.[8]
Vanwege de grootschaligheid van dit niveau vallen de gebeurtenissen van niveau 7 onder het deelaspect mens en milieu. Tot nu toe hebben twee ongevallen op niveau 7 plaatsgevonden: de kernramp van Tsjernobyl en de kernramp van Fukushima. In beide gevallen kwamen zeer grote hoeveelheden radioactief materiaal vrij, waardoor grote gebieden moesten worden geëvacueerd.
Bij ongevallen van niveau 6 komt een behoorlijke hoeveelheid radioactief materiaal vrij, waarbij zeer waarschijnlijk geplande noodmaatregelen uitgevoerd zullen moeten worden.
De gebeurtenissen met niveau 6 vallen net als niveau 7 onder het deelaspect mens en milieu, omdat de hoeveelheid vrijgekomen radioactief materiaal direct invloed heeft op de leefomgeving. In de geschiedenis is er één ongeluk geclassificeerd als niveau 6; het ongeluk met een opslagtank bij de Majak Chemische Combinatie in de buurt van Kysjtym, waarbij ongeveer 2·1017 becquerel aan radioactiviteit vrijkwam.
De ongelukken in niveau 5 zijn op te delen in twee aspecten: mens en milieu en radiological barriers and controls.
Een voorbeeld is het kernongeval van Three Mile Island, waarbij de reactorkern voor een groot deel gesmolten op de bodem van het reactorvat terecht was gekomen.
Er is sprake van een beperkte hoeveelheid vrijgekomen radioactief materiaal, waarbij waarschijnlijk enige noodmaatregelen zullen moeten ingesteld. De straling kan maximaal enkele doden tot gevolg hebben.
Een voorbeeld op het gebied van nucleaire installaties is de brand in een reactor bij Windscale in het (Verenigd Koninkrijk) in 1957, waarbij 7·1014 becquerel aan radioactiviteit vrijkwam.
Een voorbeeld buiten nucleaire installaties is het Goiânia-incident met hoogradioactief ziekenhuismateriaal in Brazilië, waarbij in totaal ongeveer 8·1014 becquerel aan radioactiviteit vrijkwam, verschillende mensen blootgesteld werden aan straling en vier doden vielen.
Ook niveau 4 is in twee aspecten, mens en milieu en radiological barriers and controls, onderverdeeld.
Een voorbeeld van deze categorie ongelukken met nucleaire installaties is het kernongeval van Tokaimura, waarbij er te veel uranium aan een tank werd toegevoegd en er veel straling vrijkwam. Omwonenden in een straal van 350 meter werden geëvacueerd en 21 medewerkers werden blootgesteld aan straling. Twee van hen overleden. Een voorbeeld buiten nucleaire installaties is het kernongeval in Fleurus, waarbij een medewerker een in 50% van de gevallen dodelijke hoeveelheid straling ontving, maar uiteindelijk overleefde[9].
Ongelukken waarbij meer dan 0,1% van de reactorkern schade oploopt of smelt en er een aanzienlijke hoeveelheid radioactiviteit binnen het gebouw vrijkomt, waar mogelijk mensen mee in aanraking komen.
Een voorbeeld van een dergelijk ongeluk is het ongeluk in de kerncentrale Saint-Laurent, waarbij één brandstofstaaf smolt, zonder dat daarbij radioactiviteit buiten het gebouw vrijkwam.
Voor dit niveau zijn de deelaspecten mens en milieu, radiological barriers and controls en defence-in-depth van toepassing.
Zeer kleine off-site effecten; dosis van een burger bedraagt meer dan 10 mSv, of opgelopen dosis van een medewerker boven de jaarlijks toegestane dosis.
Verhoogde besmettings- of stralingsniveaus in ruimtes binnen de installaties waar dit niet verwacht wordt.
Dit is een klein tot zeer klein incident. Alleen het aspect defence-in-depth is hier van toepassing. Het gaat dan om
Dit is een incident zonder gevolgen voor de veiligheid. In Nederland worden hier incidenten mee aangeduid die niet aan de INES-criteria voldoen maar wel meldingsplichtig zijn.[16]
De INES-schaal heeft zijn beperkingen. Dit komt naar voor bij het vergelijken van de twee rampen met INES-schaal 7: de ramp in Tsjernobyl in 1986, die ernstige en wijdverspreide gevolgen had voor mens en milieu, en de kernramp in Fukushima in 2011, waarbij één dodelijk slachtoffer viel en relatief weinig (10%) radiologisch materiaal in het milieu terechtkwam. Het kernongeval in Fukushima Daiichi werd oorspronkelijk beoordeeld als INES 5, maar vervolgens opgewaardeerd naar INES 7 (het hoogste niveau) toen de gebeurtenissen in eenheden 1, 2 en 3 werden gecombineerd tot één gebeurtenis en het gecombineerde vrijkomen van radiologisch materiaal de bepalende factor was voor de INES-beoordeling.
Seamless Wikipedia browsing. On steroids.
Every time you click a link to Wikipedia, Wiktionary or Wikiquote in your browser's search results, it will show the modern Wikiwand interface.
Wikiwand extension is a five stars, simple, with minimum permission required to keep your browsing private, safe and transparent.