Loading AI tools
familie uit de infraorde Hazelwormachtigen Van Wikipedia, de vrije encyclopedie
Diploglossidae vormen een familie van hagedissen (Lacertilia).
Diploglossidae | ||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Fijngestreepte galliwasp (Diploglossus lessonae) | ||||||||||||
Taxonomische indeling | ||||||||||||
| ||||||||||||
Familie | ||||||||||||
Diploglossidae Bocourt, 1873 | ||||||||||||
Diploglossidae op Wikispecies | ||||||||||||
|
De wetenschappelijke naam van de groep werd voor het eerst voorgesteld door Marie Firmin Bocourt in 1873. De groep werd lange tijd als een onderfamilie (Diploglossinae) van de familie hazelwormen (Anguidae) gezien.[1] Er zijn 52 verschillende soorten die worden verdeeld in drie geslachten.[2]
Vroeger werden ook de geslachten Sauresia (twee soorten) en Wetmorena (een soort) erkend, maar deze drie hagedissen worden tegenwoordig aan het geslacht Celestus toegewezen.[2]
De verschillende soorten lijken veel op zowel op skinken als op de hazelwormen, aan deze laatste groep zijn ze het meest verwant. Net als veel skinken en de meeste hazelwormen zijn de schubben erg glad en hebben de hagedissen meestal vier kleine pootjes. Een aantal soorten heeft helemaal geen bruikbare poten meer, zoals de vertegenwoordigers uit het geslacht Zuid-Amerikaanse hazelwormen (Ophiodes). De pootdragende soorten uit de geslachten Celestes en Diploglossus zijn te onderscheiden aan de klauwtjes van de poten. Bij Celestes- soorten zijn de klauwen volledig zichtbaar terwijl ze bij Diploglossus- soorten deels in een huidplooi geborgen zijn.[3] Een belangrijk verschil met de gelijkende hazelwormen is dat de Diploglossidae nooit een huidplooi hebben aan de onderzijde van de flanken.[1]
Alle soorten komen voor in delen van Midden- en Zuid-Amerika. Alle soorten zijn bodembewoners die leven in de strooisellaag of onder stenen, tussen boomwortels of in holen. Er komen binnen de familie zowel levendbarende als eierleggende soorten voor.
Veel soorten worden bedreigd doordat hun leefomgeving wordt aangetast door de mens. Een voorbeeld is Diploglossus montisserrati, die zowel onder agrarische activiteiten als door door de mens geïntroduceerde dieren te lijden heeft.[4] Er zijn echter ook soorten die zich hebben aangepast op door de mens ingerichte gebieden, zoals cacaoplantages. Een voorbeeld is de Hispaniola-galliwasp (Celestus costatus).[1]
De familie omvat de volgende geslachten, met de auteur en het verspreidingsgebied.
Naam | Auteur | Verspreidingsgebied |
---|---|---|
Celestus | Gray, 1838 | Antillen, Belize, Costa Rica, Dominicaanse Republiek, El Salvador, Guatemala, Haïti, Honduras, Mexico, Nicaragua, Panama |
Galliwasps (Diploglossus) |
Wiegmann, 1834 | Bolivia, Brazilië, Colombia, Costa Rica, Cuba, Ecuador, El Salvador, Guatemala, Kleine Antillen, Mexico, Nicaragua, Panama, Peru, Puerto Rico |
Zuid - Amerikaanse hazelwormen (Ophiodes) |
Wagler, 1828 | Argentinië, Bolivia, Brazilië, Paraguay, Uruguay |
Seamless Wikipedia browsing. On steroids.
Every time you click a link to Wikipedia, Wiktionary or Wikiquote in your browser's search results, it will show the modern Wikiwand interface.
Wikiwand extension is a five stars, simple, with minimum permission required to keep your browsing private, safe and transparent.