Vorstenopstand
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
De Vorstenopstand[1] (Duits: Fürstenaufstand of Fürstenkrieg), ook wel bekend als de Tweede Schmalkaldische Oorlog,[1][2][3] was een opstand in 1552 van een aantal lutherse rijksvorsten tegen keizer Karel V.
Vorstenopstand Tweede Schmalkaldische Oorlog | ||||
---|---|---|---|---|
Onderdeel van de Reformatieoorlogen | ||||
Lucas Cranach jr.: Maurits van Saksen in harnas (1578). | ||||
Datum | 1552 (– 1555) | |||
Locatie | Zuid-Duitsland | |||
Resultaat | Protestantse overwinning | |||
Territoriale veranderingen |
Trois-Évêchés geannexeerd door Frankrijk (erkend in 1648) | |||
Verdrag | Verdrag van Passau (1552) Godsdienstvrede van Augsburg (1555) | |||
Strijdende partijen | ||||
| ||||
Leiders en commandanten | ||||
|
Historici zijn het oneens of de oorlog hetzelfde jaar werd voltooid met het Verdrag van Passau in augustus,[2] of voortsleepte tot de Godsdienstvrede van Augsburg in september 1555.[1][3] De protestantse vorsten werden gesteund door koning Hendrik II van Frankrijk, die katholiek was, maar de gelegenheid wilde uitbuiten om zijn territorium uit te breiden in hedendaags Lotharingen.[2]
De oorlog kan worden gezien als een voortzetting van de Eerste Schmalkaldische Oorlog (1546–1547), waarin Karel V en keurvorst Maurits van Saksen samen de Schmalkaldische Bond versloeg, bestaande uit vrijwel dezelfde Duitse protestantse vorsten. Dit eerdere conflict werd beslecht met het Interim van Augsburg, doe beide kampen ontevreden achterliet, vooral de vorsten die, afgezien van het verkrijgen van enkele concessies, gedwongen werden om zichzelf en hun bevolking opnieuw tot het katholicisme te bekeren. Onder leiding van Maurits van Saksen, die eerst nog hun vijand was, wisten de protestantse vorsten Karel V uit het Heilige Roomse Rijk te verdrijven. Met Karels broer Ferdinand sloten ze vervolgens het Verdrag van Passau, waarin de uitvoering van het interim werd uitgesteld.