Loading AI tools
geslacht uit de familie Sphenosuchidae Van Wikipedia, de vrije encyclopedie
Sphenosuchus[1][2] ( 'wigkrokodil') is een geslacht van uitgestorven crocodylomorfen uit de Elliot-formatie uit het Vroeg-Jura van Zuid-Afrika, ontdekt en beschreven in het begin van de 20e eeuw. De schedel is zeer goed bewaard gebleven, maar afgezien van delen van de voorpoot en losse delen van de achterpoot, is het materiaal van Sphenosuchus onvolledig. Het was waarschijnlijk een viervoeter, maar het kan ook een facultatieve tweevoeter zijn geweest.
Sphenosuchus Status: Uitgestorven Fossiel voorkomen: Vroeg-Jura | ||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Schedel van Sphenosuchus | ||||||||||||
Taxonomische indeling | ||||||||||||
| ||||||||||||
Geslacht | ||||||||||||
Sphenosuchus Haughton, 1915 | ||||||||||||
Typesoort | ||||||||||||
Sphenosuchus acutus | ||||||||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons | ||||||||||||
|
Sphenosuchus werd voor het eerst grondig beschreven in 1972 door de Britse paleontoloog Alick Walker in een artikel in het tijdschrift Nature. Walker suggereerde op basis van gedetailleerde (maar nog voorlopige op dat moment) studies van de schedel van Sphenosuchus en moderne vogels, dat krokodillen en vogels een directe gemeenschappelijke voorouder zouden kunnen hebben. Walker herriep zijn hypothese in 1985, maar herbewerkte en werkte het verder uit in een monografie, die in 1990 werd gepubliceerd en die de meest uitgebreide beschrijving en bespreking van Sphenosuchus tot nu toe bevatte.
Van de vroege crocodylomorfen was Sphenosuchus een van de grootste. De schedel was 192 millimeter lang en het lichaam heeft een geschatte totale lengte van honderdveertig centimeter. Dit geslacht wordt beschouwd als carnivoor en met een vermogen tot rennen. Het gevonden exemplaar bestaat uit een bijna perfecte maar licht verbrijzelde schedel, een schoudergordel en een paar ledematen, dus de meeste bekende kenmerken komen van de schedel. De primaire kop van het quadratum raakt het prooticum en squamosum. Het quadratum en pterygoïde zijn niet gefuseerd met de hersenpan en de basipterygoïde articulatie is los. De onderkaak is niet slank en heeft een voorste zwelling. De wandbeenderen zijn samengesmolten. De achterste slaapvensters zijn vrij klein van formaat. Het schouderblad heeft een driehoekige vorm. Er zijn geen sleutelbeenderen aanwezig. Het eerste middenvoetsbeen is gereduceerd, het tweede en vierde zijn even lang en het derde is de langste. De neusgaten zijn lang en smal en lopen van nabij het vlak dat door de voorkant van de oogkassen gaat naar de uiterste voorste punten van de snuit. De voorhoofdsbeenderen zijn relatief groot en leveren een kleine bijdrage aan de bovenkant van de oogkas en een grote bijdrage aan de uitholling rond het bovenste slaapvenster. Het jukbeen is een groot bot dat de hele onderrand van de oogkas vormt en bijna de hele onderrand van het onderste slaapvenster. De wandbeenderen vormen vrijwel de hele balk tussen de bovenste slaapvensters en een belangrijk deel van het achterste schedeldak. Er is geen foramen parietale aanwezig. De onderkaak is slank en matig lang. Hij lijkt ongeveer veertien tanden te hebben, waarvan een derde groter is dan de andere. Over het algemeen is de schedel vergelijkbaar met die van krokodillen, maar hij is iets dieper. Uit een van de voorpoten blijkt dat Sphenosuchus een pols heeft met een langwerpig spaakbeen en ellepijp. Onderarm en middenhand zijn lang.
Seamless Wikipedia browsing. On steroids.
Every time you click a link to Wikipedia, Wiktionary or Wikiquote in your browser's search results, it will show the modern Wikiwand interface.
Wikiwand extension is a five stars, simple, with minimum permission required to keep your browsing private, safe and transparent.