De Slag in de Filipijnenzee was de grootste zeeslag tijdens de Tweede Wereldoorlog tussen vliegdekschepen[1] van de Verenigde Staten en Japan. Deze zeeslag vond plaats op 19 en 20 juni 1944 in de Filipijnenzee. De aanleiding voor deze zeeslag was de Amerikaanse Operatie Forager : de landingen op drie eilanden Saipan, Tinian en Guam in de Marianen archipel. Deze eilanden konden als basis gebruikt worden voor verdere operaties richting de Japanse hoofdeilanden en om Japan aan te vallen met zware bommenwerpers. Daardoor zag de Japanse marine zich genoodzaakt om twee jaar na de Slag bij Midway opnieuw een beslissende confrontatie met de Amerikaanse vloot op te zoeken. De slag in de Filipijnenzee was een zware nederlaag voor de Japanse vloot: niet alleen kon zij geen beduidende schade aanrichten op de Amerikaanse vloot, ze verloor praktisch al haar vliegtuigen en alleen de afwachtende en voorzichtige tactiek van de Amerikanen redde haar van de volledige vernietiging. Na deze slag hield de Japanse vliegkampschipvloot op een beduidende factor te zijn in de strijd ter zee.
Snelle feiten Onderdeel van de Tweede Wereldoorlog, Datum ...
Slag in de Filipijnenzee |
Onderdeel van de Tweede Wereldoorlog |
Datum |
19 - 20 juni 1944 |
Locatie |
Filipijnse Zee |
Resultaat |
Amerikaanse strategische en tactische overwinning |
Strijdende partijen |
|
Leiders en commandanten |
|
Troepensterkte |
7 vlootvliegdekschepen
8 lichte vliegkampschepen
900 vliegtuigen op vliegkampschepen
|
3 vlootvliegdekschepen
6 lichte vliegkampschepen
450 vliegtuigen op de vliegkampschepen
|
|
Verliezen |
|
2 vlootvliegdekschepen 1 licht vliegkampschip
|
|
Sluiten