Realistisch rekenen
rekendidactiek / Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Realistisch rekenen is een rekendidactiek die onder andere gebaseerd is op de filosofische stroming van het sociaal-constructivisme en zich kenmerkt door de nadruk op inzicht. Dit betekent dat er veel tijd wordt ingeruimd voor begripsvorming. Het doel is dat leerlingen (concrete) problemen en situaties kunnen oplossen met behulp van eigen strategieën en inzichten. Dat kan een strategie zijn voor het uitrekenen van 8 keer 7. Bijvoorbeeld door 7 te schrijven als som van 2 en 5 en dan via 8 keer 5 en 8 keer 2 op 56 als de som van 40 en 16 uit te komen. Startpunt zijn de voor kinderen voorstelbare (alledaagse) contextsituaties.[1] Realistisch rekenen werd geplaatst tegenover het functioneel rekenen. De naamgeving kan verwarrend zijn. Zo pleit Mieke van Groenestijn ervoor de inmiddels beladen term "realistisch" te vervangen door "functioneel"[2] en wordt de term realistisch door Koeno Gravemeijer gebruikt voor rekenen waarbij je je realiseert wat je doet, denk aan het maken van een contextopgave waar als tussenstap 8 keer 7 in voorkomt. In Nederland is deze didactiek de basis van veel reken-wiskundemethoden. Voorbeelden hiervan zijn Pluspunt[3] (Uitgeverij Malmberg), Wizwijs (Uitgeverij Zwijsen) en in mindere mate De wereld in getallen (Uitgeverij Malmberg).[4] Het realistisch rekenen was een antwoord op het mechanische rekenonderwijs waarin weinig tot geen aandacht zou zijn voor toepassing en eigen inbreng van leerlingen. Grondlegger en warm voorstander van deze rekendidactiek was de Duits-Nederlandse wiskundige Hans Freudenthal (1905-1990).