Loading AI tools
Van Wikipedia, de vrije encyclopedie
Een perronkaartje is een door het spoorwegbedrijf uitgegeven bewijs dat toegang geeft tot de perrons, zonder dat men recht op vervoer heeft.
Perronkaartjes ontstonden in de 19de eeuw, met de ontwikkeling van de spoorwegen. Aanvankelijk was het moeilijk om de vervoerbewijzen op de trein zelf te controleren, omdat de wagons ingedeeld waren in compartimenten, die alleen via de buitenzijde konden worden betreden. Controleurs konden dus tijdens de rit niet naar een ander compartiment, laat staan een andere wagon overstappen. Daarom werden de reizigers al bij de toegang tot de perrons gecontroleerd.
Wie een reiziger tot aan de trein wilde vergezellen zonder zelf te reizen, of wie iemand op het perron wilde opwachten, kreeg met een apart perronkaartje toegang tot het perron. Het perronkaartje gaf geen recht om op de trein te stappen, zelfs niet als die nog stilstond. Bij het verlaten van het station moest het perronkaartje normaal weer worden afgegeven, net als een vervoerbewijs.
Bij nieuwere treinstellen werd het mogelijk tijdens de rit van de ene wagon op de andere over te stappen, wat de controle op de trein vergemakkelijkte. Daardoor zijn in de meeste landen de perronkaartjes verdwenen in de tweede helft van de twintigste eeuw.
De perrons van sommige (grotere) stations waren niet vrij toegankelijk, behalve voor treinreizigers.[bron?] Wie geen treinkaartje had, kon een perronkaartje kopen, bijvoorbeeld om een reiziger uit te zwaaien. Ook treinspotters konden hiervan gebruikmaken.
In Amsterdam CS kon men een perronkaartje kopen om door het station naar de achterkant te lopen naar de ponten en IJ-veren zonder om het station heen te moeten lopen of gebruik te maken van tramlijn 22, later buslijn K om het station.
Bij de toegangen tot het perron zat een beambte in een hokje die de kaartjes controleerde, zowel bij het betreden als bij het verlaten van het perron. Hij controleerde ook of reizigers op het juiste station waren uitgestapt.
Bij het verlaten van het station werden de kaartjes meestal ingenomen. Van een retourkaartje werd de strook voor de heenreis afgescheurd. Wilde de reiziger het kaartje op het bestemmingsstation behouden, dan werd er een stempel opgezet, zodat het kaartje die dag niet opnieuw kon worden gebruikt. Had de reiziger zijn bestemming nog niet bereikt en wilde hij later op de dag zijn reis vervolgen, dan werd het kaartje voor verblijf afgestempeld.
Bij de Nederlandse Spoorwegen waren automaten om een perronkaartje te kopen. De prijs was eerst een stuiver (ƒ 0,05), op het laatst een kwartje (ƒ 0,25).[1] In 1969 werd het perronkaartje en daarmee de in- en uitgangscontrole afgeschaft, zodat de perrons vrij toegankelijk werden.
In de 21e eeuw gebeurde het af en toe dat bij de toegang tot de perrons op treinkaartjes werd gecontroleerd. Dat gebeurde vooral als er ongeregeldheden werden gevreesd. De controle was tamelijk informeel, wie een reiziger wilde uitzwaaien kon dat aan de controleur uitleggen en werd dan probleemloos doorgelaten.[bron?]
Met de komst van de OV-chipkaart zijn sommige stations voorzien van toegangspoortjes zodat de perrons niet meer vrij toegankelijk zijn. De houder van een chipkaart kan echter, dankzij het passagerecht, een korte tijd zonder kosten op het station verblijven. Dit is onder meer het geval in het station Leiden, waar de stationspassage een belangrijke doorgang vormt tussen de stad en het LUMC.
Seamless Wikipedia browsing. On steroids.
Every time you click a link to Wikipedia, Wiktionary or Wikiquote in your browser's search results, it will show the modern Wikiwand interface.
Wikiwand extension is a five stars, simple, with minimum permission required to keep your browsing private, safe and transparent.