Loading AI tools
Van Wikipedia, de vrije encyclopedie
De Kwakerspoel is een voormalig meer dat globaal lag tussen de huidige Potgieterstraat, Kwakersplein en Kwakersstraat, vroeger de Kwakersdijk, en de Kinkerstraat in de tegenwoordige Kinkerbuurt in Amsterdam-West.
Het meer en poldergebied lag ten noordoosten van de oude stadsgrens van Amsterdam en Nieuwer-Amstel en ten zuidwesten van de Buitensingelgracht (zie groene gebied op de kaart). Alhoewel het gebied bestuurlijk sinds 1795 onder Nieuwer-Amstel viel was de ambachtsheerlijkheid van Amstelveen en Nieuwer-Amstel al in 1529 verkocht aan Amsterdam, dat er dus de baas was evenals over de vaarweg ernaartoe, de Kostverlorenvaart. Tot de zeventiende eeuw bestond het gebied voornamelijk uit weidegrond.
Langs de Kwakerspoel liep de Kwakersdijk en door de Kwakerspoel het Kwakerspad met haaks daarop het Steenpad, tegenwoordig de Da Costastraat, en het Kwakersdwarspad. Door Amsterdam werd de omgeving van de Kwakerspoel aangewezen voor molenaars en verschenen rondom de poel veertien zaagmolens. De stad stelde als voorwaarde dat er per molen slechts één woonhuis gebouwd mocht worden, en dat in verband met de windvang de molens minstens vierhonderd meter uit elkaar moesten staan.
De meeste molens waren van het type Paltrok maar sommige waren van een ander type. De molenaars moesten zelf de sloten en balkhavens graven en de kosten daarvan dragen. Het Kwakerspad werd hierdoor een schiereiland en de Kwakerspoel werd veel groter dan voorheen en kreeg een langwerpige vorm. In 1712 verdween reeds de eerste molen en maakte plaats voor een theetuin. De meeste molens verdwenen echter pas door de onteigening tussen 1880 en 1890 terwijl de laatste molen pas verdween in 1912.
Aan de Kwakersdijk stonden:
Aan de noordzijde van het Kwakerspad stonden:
Aan de zuidzijde stonden:
Het gebied ten westen van de Kwakerspoel en ten oosten van de Lange Bleekerssloot, de huidige De Clerqstraat, werd door Amsterdam bestemd voor bedrijvigheid en industrie, onder meer textielbedrijven en blekerijen. Gelijktijdig met het besluit van de grote stadsuitbreiding in 1613 werd besloten ook alle brandgevaarlijke industrie naar dit gebied te verplaatsen.
Daarnaast werd het gebied bestemd voor recreatie en verschenen er pleziertuinen, kleine herbergen, speelhuizen en kolfbanen. Op de plaats van de in 1712 afgebroken molen 't Gekroonde Schaap verscheen bijvoorbeeld een theetuin, de collegietuin "Mijn Genoegen", later Buitenlust, aan de westrand ter hoogte van de huidige Ten Katestraat. Andere pleziertuinen waren onder meer de "Keizerskroon" op de plaats van de huidige Potgieterstraat en de "Eendracht". Tussen de exploitanten van de pleziertuinen en de molenaars ontstonden regelmatig spanningen. In 1769 klaagde de eigenaresse van molen de Koning Salomon over het publiek dat schuiten zou afmeren in haar balkhaven, zonder toestemming gingen vissen en afval in het water gooiden. De tuinexploitanten klaagden op hun beurt weer over het kabaal van de molen.
Na het ontstaan van de nieuwe gemeente Nieuwer-Amstel, waar het gebied sinds 1795 onder viel, werd de buurt met zijn vele kleine kroegjes een geliefd toevluchtsoord voor duistere figuren uit Amsterdam. De Amsterdamse politie had er geen zeggenschap meer en de politie van Nieuwer-Amstel bevond zich ver weg in Amstelveen.
Seamless Wikipedia browsing. On steroids.
Every time you click a link to Wikipedia, Wiktionary or Wikiquote in your browser's search results, it will show the modern Wikiwand interface.
Wikiwand extension is a five stars, simple, with minimum permission required to keep your browsing private, safe and transparent.