Een kinderliedboek is een liedboek dat een verzameling kinderliedjes bevat. Naast liedteksten kan het boek ook muzieknotatie bevatten. Vanaf de jaren 1990 werd er aan een kinderliedboek soms een cd toegevoegd, zodat de liedjes in het boek ook konden worden beluisterd.
In de negentiende eeuw verschenen de eerste schoolliedboeken, zoals De Muzikale Vriend der Jeugd, ook tot Schoolgebruik om jeugd te leren zingen (1828). Dit hing samen met de opkomst van de kweekscholen rond 1800 (waar aankomende onderwijzers muziek als vak kregen) en de invoering van de verplichte zangles op lagere scholen in 1857.[4][5]
In de tweede helft van de negentiende eeuw gingen daarnaast etnologen en liedonderzoekers ook kinderliedjes verzamelen 'uit de volksmond' (oude, traditionele, anoniem overgeleverde kinderliedjes). Dit leidde tot grote verzamelbundels, zoals Nederlandsche baker- en kinderrijmen (1871) en Rijmpjes en versjes uit de oude doos (1911).
In de twintigste eeuw nam het belang van het liedboek af, en dat van lp's en cd's toe; al bleven er steeds liedboeken met traditionele kinderliedjes in druk. Daarnaast bleven er de hele eeuw door liedboekjes verschijnen met nieuw geschreven kinderliedjes, van tekstdichters als Annie M.G. Schmidt,[6]Herman Broekhuizen (van het radioprogramma Kleutertje luister) en Burny Bos (van Radio Lawaaipapegaai). Ook educatieve instellingen als de Gehrels Vereniging en Muziek op Schoot bleven kinderliedboekjes met nieuwe liedjes uitgeven.
De liedboeken in onderstaande lijst staan op chronologische volgorde naar het jaar van de eerste druk. De lijst is bedoeld als indruk van het aanbod aan kinderliedboeken en is dus niet volledig.
Achttiende eeuw
Hieronymus van Alphen, Muziekstukjes voor de proeve van kleine gedigten voor kinderen, op muziek gezet door door B. Ruloffs (Amsterdam, 1780)
Zowel de eerste kweekscholen als het verplichte zangonderwijs waren bewerkstelligd door Maatschappij tot Nut van 't Algemeen, vanuit de idealen over opvoeding en onderwijs vanuit de Verlichting.
Jan Stroop, 'De nieuwe koers van Dr. Heije', in: Literatuur zonder leeftijd (2002). Hierin: 'Een volgend punt van actie [door de Maatschappij tot Nut van het Algemeen] was verplicht zangonderwijs op de lagere school. (...) In 1857 werd dit verplichte zangonderwijs eindelijk inderdaad in de schoolwet opgenomen. Daarbij werd het zangonderwijs ingericht naar het model van de volkszangscholen van het Nut'.