Gualtieri groeide op in Carpentras, hoofdstad van Venaissin. Zijn ouders waren Pierre-Siffrein de Gualtieri (of Gualtéri) en Angélique d'Inguimbert de Pramiral. Zijn vader was bediende in de Apostolische Kamer, in dienst dus van de Camerlengo van de paus van Rome. Aan de universiteit van Carpentras studeerde hij af als doctor in de beide rechten (kanoniek recht en burgerlijk recht) in het jaar 1675[3]. Hij vatte vervolgens priesterstudies aan en werd tot priester gewijd in 1692, 33 jaar oud. Hij werd onmiddellijk aartsdiaken in het bisdom Cavaillon, eveneens in Venaissin.
In 1703 meldde de Gazet van Lyon dat paus Clemens XI Gualtieri tot bisschop van Vaison wijdde[5]. Gualtieri reisde achteraf van Rome naar Vaison-la-Romaine. Hij liet het bisschoppelijk paleis herstellen en verzamelde er jaarlijks de clerus van zijn bisdom. Dit paleis werd een verzameling van kunstwerken. Het ziekenhuis liet hij van de bovenstad van Vaison verhuizen naar de benedenstad. Hij schreef bovendien meerdere verzen in het Latijn[6].