modificeren

Dutch

Pronunciation

• Audio:

  (file)

Verb

modificeren

1. to modify

   De software-ontwikkelaars moeten de code modificeren om de nieuwe functies toe te voegen.

   The software developers need to modify the code to add the new features.

   Het ontwerp van het gebouw is enigszins gemodificeerd om aan de veiligheidseisen te voldoen.

   The design of the building has been slightly modified to meet safety requirements.

   De docent modificeerde het lesmateriaal om het aan te passen aan de behoeften van de studenten.

   The teacher modified the teaching material to adapt it to the students' needs.

Conjugation

Conjugation of modificeren (weak)
infinitive	modificeren
past singular	modificeerde
past participle	gemodificeerd
infinitive	modificeren
gerund	modificeren n
	present tense	past tense
1st person singular	modificeer	modificeerde
2nd person sing. (jij)	modificeert, modificeer2	modificeerde
2nd person sing. (u)	modificeert	modificeerde
2nd person sing. (gij)	modificeert	modificeerde
3rd person singular	modificeert	modificeerde
plural	modificeren	modificeerden
subjunctive sing.1	modificere	modificeerde
subjunctive plur.1	modificeren	modificeerden
imperative sing.	modificeer
imperative plur.1	modificeert
participles	modificerend	gemodificeerd
1) Archaic. 2) In case of inversion.

Synonyms

• veranderen
• wijzigen

Derived terms

• gemodificeerd zetmeel
• modificatie