Het oude Nederlandsche lied
lied / Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Het oude Nederlandsche lied is een liedboek, samengesteld door de Gentse musicoloog Florimond van Duyse (1843-1910). Het bestaat uit 4 delen, die verschenen in de jaren 1903-1908. Het bevat 714 liederen (in totaal ruim 1500 tekstvarianten, waarvan ruim 1000 met muzieknotatie)[1] uit bronnen van de Middeleeuwen tot in de negentiende eeuw.
Het gaat om volksliedjes (die mondeling waren overgeleverd en waarvan geen auteur meer bekend was) en in beperkte mate om liedjes van bekende tekstdichters, die in de actieve zangcultuur waren opgenomen.
Anders dan andere liedverzamelaars rond 1900, die liedteksten uit de volksmond optekenden (zoals J.F. Willems, G.J. Boekenoogen en J. van Vloten), gebruikte Van Duyse uitsluitend liedboeken, handschriften en tijdschriften als bron.
Het liedboek geldt als standaardwerk voor het Nederlandse volkslied en werd door recensenten en liedonderzoekers bestempeld als een "onwaarschijnlijk goed gedocumenteerde" en "monumentale bloemlezing".[2]