Deze etappe was een typische sprintersetappe; er ontstond vrij snel een kopgroep met de Spanjaarden Pelayo Sanchez, Oier Lazkano en Xabier Azparren. Zij kregen maximaal zeven minuten voorsprong en werden dankzij het werk van de sprintersploegen teruggehaald. De kans op waaiers maakten de favorieten alert. Met nog 21 kilometer te gaan waren alle koplopers bijgehaald en leek een sprint nabij. Op elf kilometer van de streep kwam een gedeelte van het peloton ten val, waarvan rodetruidrager Rein Taaramäe en Romain Bardet de belangrijkste slachtoffers waren. Renners die waren opgehouden door de valpartij kregen de kans om terug te keren in het peloton.
In de sprint was de leadout van Alpecin-Fenix perfect en daardoor pakte Jasper Philipsen overtuigend de zege; hierdoor nam hij de groene trui over van Fabio Jakobsen. Doordat Taaramäe tijd verloor vanwege de valpartij, nam Kenny Elissonde de leiderstrui van hem over.