Oostenrijks-Hongaarse gulden

De Oostenrijks-Hongaarse Gulden (Duits: Österreichisch-ungarischer Gulden, Hongaars: Osztrák-magyar forint) was de munteenheid van de dubbelmonarchie Oostenrijk-Hongarije. De valuta werd gebruikt van 1754 tot 1892, waarna de Oostenrijkse kroon werd ingevoerd. Eén gulden was onderverdeeld in 60 kreuzer (Hongaars: krajczar). De naam Gulden werd op de bankbiljetten gebruikt, op munten stond veelal de naam Forint.

Österreichisch-Ungarische Gulden Osztrák-Magyar Forint
Land	Habsburgse Rijk (1754-1804) Keizerrijk Oostenrijk (1804-1867) Oostenrijk-Hongarije (1867-1892)
Verdeling	1 gulden = 60 Kreuzer
Afkorting of valutateken	F, Frt, Ft (Hongaars), Fl (Latijn)
Voorgaande munteenheid	Krakauer zloty
Opvolgende munteenheid	Oostenrijkse kroon
Een biljet van 1000 Gulden
Portaal    Economie

Munten waren er van: 5/10, 1, 4 (van koper), 10, 20 kreuzer, 1, 2 (van zilver), 4 en 8 (van goud) forint. En er waren bankbiljetten van: 1, 5, 10, 50, 100 en 1000 gulden.