Abdij van Sint-Bertinus
klooster in Frankrijk Van Wikipedia, de vrije encyclopedie
klooster in Frankrijk Van Wikipedia, de vrije encyclopedie
De Sint-Bertinusabdij of Sint-Bertijnsabdij in het Franse Sint-Omaars, gedeeltelijk als ruïne bewaard, was gewijd aan Sint-Bertinus, de eerste abt van de abdij.
Het klooster werd gesticht aan de oevers van de Aa in 648 door Omer, de bisschop van Terwaan, die de monniken Bertinus, Mommolinus en Ebertramnus naar de streek stuurde om er de heidenen te bekeren. De abdij, oorspronkelijk met de naam Sint-Pieter (tot in de 12de eeuw) en met een kerk toegewijd aan de heilige Martinus, werd al snel door een honderdtal monniken bevolkt. Ze bestond weldra uit een grotere abdij beneden en een kleinere abdij boven bij de Onze-Lieve-Vrouwkerk. Deze beide vestigingen gingen na een tijd elk hun weg, waarbij de beneden abdij een benedictijnerabdij bleef en de bovenabdij een kanunnikenregel aannam en zich omvormde tot een seculier kanunnikenkapittel. Dit werd later de Onze-Lieve-Vrouwekerk van Sint-Omaars.
De abdij van Sint-Bertinus werd een van de meest invloedrijke kloosters in Noordwest-Europa naast de Abdij van Elnone (later Sint-Amandsabdij genoemd, in Saint-Amand-les-Eaux) en de Abdij van Sint-Vaast.
Reeds in de 9de eeuw had de abdij een priorij in de stad Poperinge, waar de abt de leenheer was. Vanaf de 12de eeuw kwam het patroonsrecht (het recht om de pastoor te benoemen) onder andere in Lissewege, Ruiselede (1106), Steenkerke (bij Veurne) en Bulskamp toe aan de abdij van Sint-Bertinus.
Graaf Willem Clito werd in 1128 in de abdij begraven. Ook enkele andere graven van Vlaanderen vonden er hun laatste rustplaats.
De abdij kende haar grootste bloei vanaf haar ontstaan tot in het midden van de 13de eeuw. Gedurende het ganse ancien régime oefende de abdij een belangrijke economische invloed uit. Vanaf de 9de eeuw was ze pionier in het droogleggen van duizenden hectare moeras.
Ze had uiteraard ook een aanzienlijke culturele en educatieve invloed, die in de loop van de eeuwen stilaan verminderde. De abdij bezat een aanzienlijke bibliotheek. De monniken waren ook kroniekschrijvers. Een belangrijke bron voor de kennis van de 9de eeuw zijn de Annales de Saint-Bertin et de Saint-Vaast. Over de geschiedenis van de eerste eeuwen van de abdij is vrij veel bekend door de kronieken en annalen van bisschop Folcuin van Lobbes (961-962) en abt Simon (eerste helft 12de eeuw) onder de titel Gesta abbatum Sancti Bertini Sithiensium.
Enkele van de abten die de abdij bestuurden:
De abdij kreeg heel wat illustere bezoekers, onder wie:
In de eerste eeuwen van haar bestaan heeft de abdij vaak zwaar geleden onder catastrofen, voornamelijk invallen van de Noormannen en branden:
De abdij bleef bestaan tot de afschaffing in augustus 1791. De 40 nog aanwezige monniken werden verjaagd en de gebouwen werden aanvankelijk gebruikt als hospitaal voor het Franse leger. Op 5 november 1792 begon de ontmanteling. Wat de monniken niet hadden meegenomen werd openbaar geveild (houtwerk, schilderijen, altaren, glasramen, marmer, meubilair, reliekschrijnen, gewijde vaten, tapijten, orgels, ijzerwerk, de klokken van de beiaard, enz). De gebouwen werden verkocht maar bleven gedeeltelijk overeind.
In 1811 kocht het gemeentebestuur de gebouwen terug. Het schip van de kerk stond er nog, maar werd verder gesloopt en met de gerecupereerde bouwmaterialen werden het gemeentehuis van Sint-Omaars, een muziekschool en een slachthuis gebouwd. Vanaf 1840 werden de overgebleven muren en ruïnes als beschermd monument bewaard.
De abdijtoren (58 m) bleef staan maar, onvoldoende geconsolideerd, stortte hij in 1947 in.
Restanten van de abdij zijn nu nog te bezichtigen op een site die als stadspark werd ingericht. In 2007 werd aan een grondige herwaardering van de ruïnes en hun omgeving begonnen.
De abdij betrok in onrustige tijden een refugehuis in de Noordzandstraat 63 in Brugge, eigendom van het bisdom Brugge. Het werd in 1758 verkocht door bisschop Jan-Robert Caïmo en aangekocht door jonkheer Van Huerne de Schievelde. Het bleef eigendom van zijn zoon Joseph van Huerne (°1752), die er in 1844 stierf.
In 1846 werd de eigendom (2600 m²) aangekocht om er het recent opgerichte Sint-Lodewijkscollege in onder te brengen. In 1974 werden de ondertussen sterk verbouwde gebouwen gesloopt, met uitzondering van twee 17de-eeuwse gevels.
Seamless Wikipedia browsing. On steroids.
Every time you click a link to Wikipedia, Wiktionary or Wikiquote in your browser's search results, it will show the modern Wikiwand interface.
Wikiwand extension is a five stars, simple, with minimum permission required to keep your browsing private, safe and transparent.