Amsterdamsche Football Club (afgekort tot AFC) is een amateurvoetbalclub uit Amsterdam. AFC is opgericht op 18 januari 1895 en is de oudste voetbalvereniging van Amsterdam. De club wordt ook wel aangeduid als The Reds. Deze bijnaam houdt verband met het rode shirt van AFC. Op het shirt is ook een zwarte V te vinden.
Het standaardelftal van de zondagafdeling komt sinds 1961, met een onderbreking van drie seizoenen (1998-2001), op het hoogste amateurniveau uit. Er werd respectievelijk in de Eerste klasse (1961-1974), de Hoofdklasse (1974-1998, 2001-2010), de Topklasse (2010-2016) en de Tweede Divisie (vanaf 2016) gespeeld. De 33 seizoenen in de Hoofdklasse op het hoogste amateurniveau leverde op de 'Ranglijst aller tijden' van de Zondag Hoofdklasse de 2e plaats op.
AFC werd kampioen van de Topklasse in het seizoen 2013/14. Vanaf het seizoen 2016/17 komt AFC uit in de Tweede Divisie. In 2019 wist de ploeg deze competitie te winnen, waardoor het zich voor het eerst in de historie de beste amateurclub van Nederland mocht noemen.[1]
Het zaterdagstandaardelftal komt met ingang van het seizoen 2018/19 weer uit in de Eerste klasse, na degradatie uit de Hoofdklasse. Deze klasse werd bereikt na twee opeenvolgende klassekampioenschappen in 2015/16 (2e klasse) en 2016/17 (1e klasse).
Geschiedenis
Onder de naam Amsterdamsche Football Club (AFC) werd op 18 januari 1895 in Amsterdam een voetbalclub opgericht. Het eerste terrein van de club lag tussen de vijvers van het Vondelpark en de Oranje Nassaulaan. De clubkleuren werden op 8 oktober 1896 vastgesteld; de rood-zwarte kleuren van Amsterdam kwamen terug in een rood shirt met daarop een zwarte V, een zwarte broek en rode kousen. Hun bijnaam is dan ook "The Reds”.
Vanaf 1897 nam AFC deel aan de competitie van de Amsterdamsche Voetbal Bond (AVB) en vanaf 1900 kwam de club uit in de Tweede Klasse van de Nederlandse Voetbal Bond (NVB). In 1906 werd de vereniging voor het eerst kampioen, maar promoveerde niet: een bondsbeslissing. In datzelfde jaar betrok de club een nieuw terrein in de Watergraafsmeer bij hoeve “Goed Genoeg”. In 1909 werd AFC voor de tweede keer kampioen, mocht promotiewedstrijden spelen tegen Ajax Leiden, maar verloor die.
Naar de Eerste Klasse promoveerden de Reds in 1917, iets dat vooral te danken was aan het uitbreiden van het aantal teams per afdeling. In de seizoenen 1917-18 en 1918-19 behaalde het twee keer het kampioenschap. De nacompetitie leidde in beide gevallen niet tot promotie. In 1920 verhuisde de vereniging naar Amsterdam-Zuid en ging drie velden aan de Zuidelijke Wandelweg bespelen. In 1921 degradeerde het naar de Overgangsklasse en in 1922 volgde opnieuw degradatie, nu naar de Tweede Klasse.
Het antwoord op deze zorgelijke ontwikkelingen was de start in 1923 van het AROL-toernooi dat 46 keer gespeeld zou worden. Het toernooi vond plaats vlak voor de start van de competitie en werd daarmee de afsluiting van de oefencampagne van deelnemende verenigingen. Er was vaak grote belangstelling voor en de finale werd soms in het Olympisch Stadion gespeeld. Zo ook in 1943 met 12.000 toeschouwers. Blauw-Wit won het toernooi negen keer en Ajax vijfmaal. Qua ledenaantal ging het de vereniging in die tijd goed. Werd gestart in 1895 met circa 15 leden, in 1920 had het 466 leden.
In het seizoen 1945-46, werd AFC voor de vierde keer kampioen. De beslissingswedstrijd in het Olympisch Stadion met KFC, met 43.000 toeschouwers, werd door de Reds met 4-2 gewonnen. Tot promotie leidde dat echter niet. Het ledenaantal was in 1945 gestegen naar 727.
In 1955 eindigde AFC op de laatste plaats, maar ontsnapte aan degradatie omdat toen betaald voetbal in Nederland zijn intrede deed. In 1961 werd het kampioen en promoveerde na 40 jaar naar de Eerste Klasse. Het was de start van een gouden decennium waarin de club nog driemaal kampioen werd: 1963, 1967 en 1969. Algemeen landelijk kampioen werd AFC echter niet. In 1967 was het er dichtbij, maar de twee finalewedstrijden tegen Middelburg werden met 0-2 en 2-1 verloren. In 1962 verhuisde AFC naar zijn huidige sportpark Goed Genoeg aan de De Boelelaan in Amsterdam-Buiteveldert, bij de ontwikkeling van de Zuidas werd het de Maurice Ravellaan (nieuw adres voor oude plaats). Het aantal leden steeg van 956 in 1962 naar 1404 in 1970.
De Hoofdklasse werd ingesteld in 1974 waarvoor de vereniging zich in het seizoen 1973/74 kwalificeerde. Het speelde daarin tot 1998, het jaar waarin het degradeerde naar de Eerste Klasse. In de jaren 70 en 80 werd de club voor het eerst geconfronteerd met een daling in zijn ledenaantal. Eind 1986 had het nog “slechts” 1085 leden. Kampioen werd AFC opnieuw in 2001 waardoor terugkeer naar de Hoofdklasse A volgde. In 2010 werd het met negen punten voorsprong kampioen en plaatste zich als eerste voor de nieuw ingestelde landelijke Topklasse. Vanaf 1986 groeide het ledenaantal weer en staat in 2013 op bijna 1.900.
Sinds 1895 werd AFC veertien keer kampioen; drie keer, in 1921, 1922 en 1998, was er degradatie. Bij haar oprichting had de vereniging nog geen 15 leden. Bij haar 50-jarig bestaan (1945) waren dat er ruim 700, bij haar 100-jarige bestaan (1995) ruim 1.500 en eind 2014 telde de club ruim 2.000 leden.
Hoewel de club veel leden heeft, worden de wedstrijden van het eerste elftal in lage getalen bezocht. AFC kan bij een wedstrijd in de Tweede Divisie rekenen op gemiddeld 300 tot 400 toeschouwers.