Voorstadspoorweg
passagiersvervoersdienst per spoor die hoofdzakelijk opereert tussen een stadscentrum en de middelste tot buitenste voorsteden / Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Een voorstadspoorweg (Engels, commuter rail; Frans, train de banlieue) is een spoorwegnetwerk dat een grote stad verbindt met zijn buitenwijken, voorsteden en slaapsteden.
Voorstadspoorwegen bestaan bijna niet in Nederland, waar de steden relatief dicht bij elkaar liggen en voorsteden of slaapsteden vaak niet aan één enkele grote stad gebonden zijn. In België bestaat sinds 2015 het Brusselse Gewestelijk ExpresNet en sinds 2018 de S-netten in Antwerpen, Charleroi, Gent en Luik. In Noord-Amerika zijn ze een zeer bekend fenomeen. De grote steden liggen daar vaak zo ver uit elkaar dat er tussen de steden niet of zeer weinig met de trein gereisd wordt. Rondom een grote stad ligt meestal een aantal voorsteden of slaapsteden, waarvandaan grote aantallen forensen dagelijks naar de centrale stad reizen. De commuter trains voorzien in hun behoeften.
Alternatieve namen in het Nederlands zijn forensenspoorweg[1] en voorstadsnet.[2]
Enkele karakteristieken van een voorstadspoorweg zijn:
- afstanden tot ongeveer 50 kilometer;
- meestal radiale lijnen, van het centrum van de centrale stad naar buiten;
- zwaarder materieel dan een metro, maar vaak iets lichter dan langeafstandstreinen;
- afstanden tussen de stations korter dan bij langeafstandstreinen;
- sporen soms gedeeld met andere treinsoorten; en
- meestal frequenter dan een gewone trein, maar minder frequent dan een metro, en soms maar enkele treinen per dag op een traject.[3]
Een categorie die het midden houdt tussen een metronetwerk en een voorstadspoorweg is Lightrail, zoals RandstadRail in Nederland.