De Rijnlandse boezem is een stelsel van oppervlaktewateren, meren, kanalen, watergangen en sloten, die met elkaar in open verbinding staan en die in beheer zijn bij het hoogheemraadschap Rijnland, een waterschap in de Nederlandse provincies Noord- en Zuid-Holland. Samen vormt het stelsel een boezem, ook wel hoofdwaterstelsel genoemd,[1] vooral bedoeld voor het afvoeren van teveel aan water, maar ook voor de ontvangst van effluent van rioolwaterzuiveringen. De Rijnlandse boezem fungeert ook als afvoersysteem van het water uit de regio Woerden, dat onder beheer is van het hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden.

De totale oppervlakte van de Rijnlandse boezem is circa 4500 ha.[2]

Binnen het gebied van het hoogheemraadschap Rijnland liggen circa 200 polders, die elk een eigen waterpeil hebben. Als er te veel water is, malen gemalen het in de richting van de boezem.[3] De boezem heeft geen vast peil, maar is gemiddeld 60 centimeter beneden Normaal Amsterdams Peil (NAP). In de zomer wordt gestreefd naar NAP −0,61 meter, in de winter naar NAP −0,64 meter.[1] Het op peil houden vergt automatisering. In juli 2018 werd een besturingssysteem ingevoerd, ontwikkeld door het hoogheemraadschap samen met Deltares.[4]

Als er te weinig water is in periodes van droogte, pompt het boezemgemaal Gouda het water vanuit de Hollandse IJssel. Mocht het water in de Hollandse IJssel te zout worden, dan wordt de Klimaatbestendige Wateraanvoervoorziening ingezet via het hoogheemraadschap Stichtse Rijnlanden.

Verschillende boezemwateren hebben ook een functie als (provinciale) vaarweg.[2]

Gemalen

Thumb
Boezemgemaal Gouda

Om een teveel aan water af te voeren heeft de Rijnlandse boezem vier grote boezemgemalen:

De totale capaciteit van deze 4 gemalen is 194 m3/s.[5]

Onderhoud

Het onderhoud van de boezemwateren wordt geregeld via een legger.[2] Daarin staan:

  • De afmetingen waaraan de boezemwateren moeten voldoen;
  • Wie verantwoordelijk is voor het onderhoud;
  • Welk onderhoud zij moeten uitvoeren.

Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen primaire en secundaire boezemwateren. Primaire boezemwateren zijn alle grote boezemkanalen en meren die dienen als aan- en afvoerweg naar de boezemgemalen. Secundaire boezemwateren hebben een lokale transportfunctie. De primaire wateren worden behoudens uitzonderingen onderhouden door het hoogheemraadschap zelf. Uitzonderingen bestaan bijvoorbeeld als een gemeente een deel van de boezem onderhoudt. De secundaire boezemwateren worden in het algemeen door de kadastrale eigenaren onderhouden.

Geschiedenis

Tot de inpoldering was de Haarlemmermeer het grootste onderdeel van de Rijnlandse boezem.[6] Via de Haarlemmermeer werd het water geloosd op het IJ. Teneinde het verlies aan opvangcapaciteit na de inpoldering te compenseren werd in 1841 het Katwijkse kanaal verbreed. In 1843 werd het Oegstgeesterkanaal gegraven. Ook werd de binnensluis in Katwijk verbreed. In 1846 werd het gemaal bij Spaarndam in dienst gesteld. Het waterschap wilde echter niet afhankelijk zijn van één gemaal, daarom kwam er in 1853 ook een gemaal bij Halfweg en in 1857 bij Gouda. Dit waren allemaal stoomgemalen.[6] Door de inpoldering van de Zuiderzee werd de capaciteit van de afvoer richting het IJ beperkt. Daarom werd er ook in Katwijk een stoomgemaal gebouwd, dat in 1880 in gebruik genomen werd.[7]

Deze gemalen zijn inmiddels allemaal gemoderniseerd.

Onderdelen

Wikiwand in your browser!

Seamless Wikipedia browsing. On steroids.

Every time you click a link to Wikipedia, Wiktionary or Wikiquote in your browser's search results, it will show the modern Wikiwand interface.

Wikiwand extension is a five stars, simple, with minimum permission required to keep your browsing private, safe and transparent.