Pluralis majestatis
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Pluralis majestatis (uit Latijn: pluralis maiestatis, letterlijk meervoud van verhevenheid; ook: majesteitsmeervoud, pauselijk meervoud of koninklijk meervoud) is het gebruik van het meervoud terwijl men naar zichzelf verwijst, dus in plaats van "ik", om de eigen belangrijkheid te benadrukken. Hetzelfde middel wordt ingezet voor het tegenovergestelde doel: de meervoudsvorm die wordt gebruikt om de aandacht van het eigen belang af te leiden, heet pluralis modestiae, meervoud van bescheidenheid.
Dit gebruik is met name gangbaar bij verheven personen zoals monarchen ("Wij Willem-Alexander..."), bisschoppen en pausen. Paus Johannes Paulus I besloot bij zijn aantreden de pluralis majestatis niet te gebruiken.
In de praktijk wordt de pluralis majestatis alleen nog in vaste uitdrukkingen gebruikt, bijvoorbeeld in wetten. Zelfs in de troonrede (Nederlandse koning) of de kersttoespraak (Belgische koning) gebruikt het staatshoofd ik.