Gendün Gyatso
politicus (1476-1542 / Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Gendün Gyatso Pälsangpo ("Sublieme glorieuze oceaan van spirituele aspiraties") (Ngamring, Shigatse), 31 december 1475 - Drepung, 23 mei 1541) werd in 1578 door Sönam Gyatso tijdens zijn ontmoeting met Altan Khan postuum benoemd tot de tweede dalai lama.
Gendün Gyatso | ||||
---|---|---|---|---|
Tibetaans | དགེ་འདུན་རྒྱ་མཚོ | |||
Wylie | dge 'dun rgya mtsho | |||
Traditioneel Chinees | 根敦嘉措 | |||
Vereenvoudigd Chinees | 根敦嘉措 | |||
Hanyu pinyin | Gēndūn Jiācuò | |||
|
Gendün Gyatso was ook de eerste tulku in de geschiedenis van de gelug-traditie. De gelug was aanzienlijk later dan andere tradities in het Tibetaans boeddhisme met het hanteren van het instrument reïncarnatie als methode voor het organiseren en regelen van opvolging van leiderschap. Tulku´s hadden bij de Tibetaanse bevolking echter aanzien en een grote mate van populariteit. Om succesvol kunnen blijven concurreren met de andere tradities was een dergelijke beslissing onontkoombaar.
De autobiografie van Gendün Gyatso alsmede een biografie van zijn leerling Yangpa Chojey is bewaard gebleven. Dat materiaal werd door Sanggye Gyatso in de zeventiende eeuw gebruikt voor het schrijven van een nieuwe biografie over Gendün Gyatso, die onderdeel is van een veel groter werk onder de titel Een kleed geweven van zijde .
In met name de eerste twee werken wordt uitvoerig aandacht besteed aan een aantal veronderstelde gebeurtenissen voor en tijdens de geboorte van Gendün Gyatso alsmede in zijn vroegste jeugd. Het zijn onder meer dromen, voorspellingen van zijn grootouders, ouders, wonderbaarlijke natuurverschijnselen en uitspraken van Gendün Gyatso zelf in zijn vroegste jeugd. Die worden alle geduid als teken dat de reïncarnatie van Gendün Drub, de stichter van het klooster Tashilhunpo, in Gendün Gyatso een hoge mate van voorbestemming had.